RIVM heeft al een aantal jaren een rattenmonitor waar professionele plaagdierbeheersers waarnemingen van ratten kunnen melden. Ook wij als rattenjagers kunnen daar onze waarnemingen in registreren.
Het aanmaken van een account is eenvoudig. Ook als je geen registratienummer hebt. Kies op het inlogscherm de optie ‘Maak een account aan’. Vul de gevraagde gegevens in om de registratie te kunnen voltooien. Plaagdierbeheersers zonder licentie kunnen de code 9999999999 (10×9) gebruiken met een zelfgekozen einddatum in de toekomst. Als de aanmelding wordt geweigerd, probeer dan een andere einddatum. Per e-mailadres is één registratie mogelijk.
Waarom zouden we meedoen?
Rattenjagers met een ontheffing moeten sowieso al registreren bij de provincie waarvan ze een ontheffing hebben. Jammer genoeg geven niet alle provincies ontheffingen aan de professionele rattenjagers die daar werken. Dat is jammer, want daarmee is er ook geen mogelijkheid om de afschot in het Faunaregistratiesysteem (FRS) te registreren.
Uiteraard houden wij als professionele rattenjagers een administratie bij van onze resultaten. Dit is immers de basis voor de facturering. Het is voor ons dan ook een kleine moeite om de wetenschappers van RIVM te helpen door ook onze waarnemingen en afschot te registreren in de rattenmonitor.
Voor ons als collectief is het verstandig om te laten zien wat we doen en wat onze resultaten zijn. De rattenmonitor is dan een geschikte manier om onze aanpak bij de overheden onder de aandacht te brengen. Ik zou daarom ook alle professionals (ZZP’ers) in ons collectief willen vragen om hun waarnemingen en afschot te registreren. Laten we allemaal proberen om onze resultaten vanaf 1 januari 2024 te registreren.
Opmerking: De rattenmontor registreert alleen postcode-gebieden. Hierdoor is de registratie anoniem en niet terug te voeren op een klant.
Werkwijze
Het aanmelden (account aanmaken) is eenvoudig. Je krijgt netjes een email dat jouw account gereed is. Daarna kun je direct aan de slag om waarnemingen te melden.
Als wij aan het werk gaan dan krijgen we van de klant aanwijzingen waar ratten worden gezien. Wij zien vaak meer ratten en ook op meer plekken, omdat wij met onze warmtebeeldkijkers meer zien. Onze observaties zijn nauwkeurig en voor de rattenmonitor relevant.
Voor het registreren vul je de postcode, de datum en de rattensoort (bruin/zwart) in. De “Verwachte doorlooptijd” is voor ons minder passend. Wij komen als de klant zich meldt met overlast. Vaak kunnen wij met één bezoek de populatie terugbrengen tot een aanvaardbare omvang en geven de klant advies over manieren om rattenoverlast te voorkomen. Afhankelijk van de maatregelen die de klant (of zijn plaagdierbeheerser) neemt, meldt de klant zich opnieuw als de overlast weer toeneemt. Wij hebben vaak een permanente relatie met de klant en komen periodiek terug. Ik vul daarom “Permanent” in.
Voor de “Mogelijke oorzaak” kun je kiezen uit een lijst. Bij de “Genomen maatregelen” voeren wij natuurlijk “Afschot” in. In de “Extra toelichting” kun je de situatie schetsen en het aantal afgeschoten ratten noteren. Bijvoorbeeld: “Restaurant, keuken en terras. 4 stuks afgeschoten”
In mijn bericht van 19 januari heb ik verslag gedaan van een excursie met Peter Peeters bij een pluimveebedrijf in Noord-Brabant. Ik was onder de indruk van de manier waarop Peter omvangrijke populaties zwarte ratten aanpakt. In mijn verslag heb ik beschreven wat ik heb meegemaakt en ik heb aangekondigd dat ik me verder wil verdiepen in deze nog onontgonnen markt voor de rattenjager.
Zelf ervaring opdoen
Ik heb hier in Noord-Oost Friesland pluimvee bedrijven benaderd. Ik heb met verschillende pluimveehouders gesproken en kreeg te horen dat zij broedeieren produceren voor nieuwe generaties leghennen en slachtkippen. De hiervoor gebruikte stallen zijn modern en zeer goed afgesloten voor de buitenwereld. Met andere woorden ze hebben geen problemen met ratten. Bij een bedrijf met leghennen ben ik op bezoek geweest. Volgens zeggen heeft de pluimveehouder geen last van ratten binnen zijn stallen. Bij een observatie om de stallen waren wel een paar bruine ratten zichtbaar op en om de mestafvoer transportbanden en bij de mestopslag. Hier in het Noorden zijn er kennelijk weinig problemen met ratten in grootschalige kippenstallen. Hoe anders is dat in het zuiden van het land.
Daarom kijken we nu vooral naar de ervaringen van rattenjagers in Noord-Brabant. Peter Peeters had ik al gevonden. Op mijn oproep naar ervaringsdeskundigen in ons collectief meldde Joris van der Aalst zich. Zowel Joris als Peter houden zich vrijwel uitsluitend bezig met kippenbedrijven in Noord-Brabant. Peter doet het Oosten en Joris zit vooral aan de Westelijke kant van Noord-Brabant.
Henk Fennema en ik hebben Peter en Joris uitgenodigd voor een interview waarin wij willen nagaan hoe wij als rattenjagers de pluimveesector kunnen helpen bij de bestrijding van ratten.
Het interview
Zowel Peter als Joris werken primair voor grote kippenbedrijven. Peter heeft daarnaast melkveehouders, gemeentes en een diertuin. Beide helpen ook nog wel wat particulieren, vaak ook met kippenhokken. Een opvallende conclusie van beiden was dat zij in de grote kippenstallen uitsluitend zwarte ratten zien, terwijl op terreinen rondom de stallen vaker bruine ratten worden aangetroffen. Ook bij varkensstallen, melkveehouders en particulieren in hetzelfde gebied zien zij hoofdzakelijk bruine ratten.
Alleen zwarte ratten in kippenstallen
Kennelijk voelt een bruine rat (die meestal op de grond zit) zich niet thuis tussen grote aantallen kippen. Zwarte ratten zijn klimmers en in de kippenstallen bewegen deze zich gemakkelijk tussen de kippen en klimmen over installaties tot zelfs in de nok van de stallen. Ze maken nesten op de meest onwaarschijnlijke plekken.
Bij slachtkippen wordt mogelijk gewerkt met rattengif
De kippenbedrijven waar Peter en Joris voor werken hebben meestal leghennen. Er zijn wel verschillen. Je hebt scharrelkippen die relatief veel ruimte hebben en er is koloniehuisvesting waar kippen minder ruimte hebben. Naast de leghennen zijn er ook bedrijven met slachtkippen. Kenmerkend voor slachtkippen is dat de stal eens per 6 weken leeg komt, omdat dan alle kippen naar de slacht gaan. Op zo’n moment worden de stallen schoongemaakt en worden ook eventuele rattenpopulaties aangepakt. Peter vermoedt dat daarbij gewerkt wordt met rodenticides (Rattengif). Hij wordt zelden gevraagd om ratten af te schieten in dergelijke lege stallen.
Pluimveehouders bang voor imago
Bedrijven voor leghennen worden eens in de twee jaar opgeruimd. De leghennen gaan dan naar de slacht. Omdat deze bedrijven groot zijn worden de kippen in gedeelten afgevoerd naar de slachthuizen. De ratten migreren dan naar de plekken waar nog kippen zijn en kunnen dus niet worden aangepakt in de leeggekomen delen. In de volgende periode van twee jaar groeien rattenpopulaties uit tot behoorlijk problemen en neemt de schade toe. De belangrijkste schade is de knaagschade aan installaties en de verhoogde kans op besmetting met ziekte kiemen. Ook het imago van de bedrijven is een belangrijke motivatie om rattenproblemen aan te pakken. Kenmerkend is dat pluimveehouders rattenproblematiek ontkennen of onder de pet willen houden.
De rattenjager is de enige effectieve aanpak
Op de vraag of een luchtbuks in dergelijke kippenstallen effectief is wordt positief geantwoord. Eigenlijk is er geen alternatief. Je kunt geen klemmen of gif tussen kippen zetten. Bovendien is er zoveel voer dat de slimme zwarte ratten met geen mogelijkheid te verleiden zijn. Anderzijds zijn de ratten zo bewegelijk dat het afschieten ervan niet eenvoudig is. Ook omdat je rekening moet houden met de kippen en de installaties. Beide rattenjagers erkennen dat je rattenpopulaties kunt beheersen, maar niet uitroeien. Er zijn zoveel plekken waar ratten niet kunnen worden aangepakt dat er altijd een populatie overblijft die (als je ze met rust laat) weer gaat groeien. Er is wel verschil in de vormen van huisvesting. Scharelkippen gaan s’-nachts op de stokken en daar kan een rattenjager goede resultaten bereiken. Kippen in de koloniehuisvesting zitten zo dicht op elkaar dat de rattenjager alleen de ratten kan afschieten die zich aan de voorkant van de kooien wagen.
Je moet snel zijn met een compacte buks en weinig power
Op de vraag welke gereedschappen zij gebruiken kun je zien dat beide jagers nog flink aan het zoeken zijn. Peter schiet met een (zeer kostbare) warmtebeeldkijker, omdat hij heeft gemerkt dat goedkopere en IR-kijkers minder goed werken. Peter experimenteert ook met blauwe en rode lampen in combinatie met een laser-pointer om ratten op zeer korte afstand (van 3 tot 8 meter) tussen de mestbanden te kunnen afschieten. Jorris is van mening dat je beter met een IR-kijker kunt werken omdat je anders voortdurend op reflecties van ratten zit te schieten. Het warmtebeeld van ratten reflecteert in de stalen constructies van de kooien. Beide zijn het erover eens dat je niet teveel power moet gebruiken. Peter denkt er zelfs over om met 4.5 mm te gaan schieten. De zwarte ratten zijn kleiner en kwetsbaarder dan bruine ratten. Ze gebruiken allebei loden pellets, omdat ze bang zijn dat de harde loodvrije kogeltjes meer gaan ketsen in de stalen constructies.
Over de richtmiddelen zijn de jagers het eens. De dynamiek is zo hoog dat je geen tijd hebt om afstand te meten met de Laser Range Finder (LRF). Beide hebben zich aangeleerd om de LRF te gebruiken als zij zich op een positie installeren. Ze krijgen dan met de Ballistische Calculator (BC) inzicht in de afstanden tot de verschillende doelgebieden. Zij kunnen dan met ingeschatte correcties de rat veel sneller afschieten. Dit vergt overigens wel veel ervaring en gevoel voor afstand. Beide rattenjagers zijn nog volop aan het uitvinden wat de beste aanpak is voor de verschillende situaties bij pluimveebedrijven.
Opmerking: We hebben nog even gediscussieerd over het gebruik van super lichte en compacte wapens zoals de AGN Vixen. Peter veronderstelt dat je op korte afstanden zonder schietstok ratten kunt afschieten. Ik vind dit een interessante gedachte. Misschien moet je dan gaan werken met een vaste nachtkijker op je hoofd/helm in combinatie met een “red dot” richtkijker. Ik ga hier wat research naar doen.
Veiligheid en risico management is belangrijk
De pluimveesector is beducht voor de vogelgriep. Alle bedrijven waar zij komen hebben uitgebreide maatregelen om infecties buiten de deur te houden. Soms gaat het zover dat je eerst moet douchen voordat je de bedrijfskleding kan aantrekken. Eenmaal binnen zijn er veel dingen waar je op moet letten. De jager moet de stal goed verkennen en bekijken hoe ratten kunnen worden afgeschoten zonder kwetsbare installaties te beschadigen. Ondanks dat, gebeurt het dat waterleidingen en kippen worden geraakt. Omdat ‘s-nacht de waterdruk is afgesloten komt het probleem de volgende dag in beeld en kan meestal snel worden verholpen door het personeel in de stal. De pluimveehouders nemen de schade en eventuele dode kippen voor lief als zij zien dat er veel ratten worden afgeschoten.
Er is ook nogal wat kans op schade aan het geweer. In het donker manoeuvreren in een nauwe ruimte leidt tot valpartijen en veel stoten. Ook het stof is niet erg bevorderlijk voor het gereedschap. De jagers werken standaard met mondkapjes. Dit is vaak een heel gedoe omdat door de ontsnappende lucht de lens van de richtkijker beslaat. Sowieso moet je het geweer vooraf opwarmen, omdat anders in de vochtige warme stal lenzen onmiddellijk beslaan. Bij het bewegen in de stal werken ze met rode hoofdlampen. Kippen reageren daar nauwelijks op en ook ratten raken daardoor minder verstoord. Bij het schieten gaat al het licht uit.
Peter en Joris krijgen hun klanten via mond op mond reclame
Kennelijk hebben de pluimveehouders onderling contact en worden de rattenjagers vanzelf benadert door nieuwe klanten. Kennelijk is er behoefte voor het aanpakken van ratten bij pluimveehouders. Het is niet algemeen bekend dat rattenjagers daarin een rol zouden kunnen spelen.
Omdat er eigenlijk geen alternatieven zijn groeit het werk hen boven het hoofd. Peter heeft geprobeerd om collega’s te betrekken en om met meerdere jagers tegelijk aan de slag te gaan. Peter betwijfelt of er in ons collectief voldoende ervaren rattenjagers zijn die zich snel hierop kunnen inwerken. Ook de kosten spelen een rol. Peter en Joris werken allebei met een relatief laag uurloon. Het is de vraag of pluimveehouders veel meer willen betalen. Als je dan met meerdere jagers aan de slag gaat lopen de kosten snel op.
Het is moeilijk om kostendekkend te werken
Beide jagers vinden het uurloon dat zij (moeten) hanteren te laag. Als zij hoger gaan zitten vallen de pluimveehouders waarschijnlijk terug op pogingen om de zaak met rattengif onder controle te houden. Gezien het speciale kostbare gereedschap en de hoge afschrijving vinden zij dat een hoger uurloon meer reëel is.
Conclusies
De pluimvee sector is vooralsnog een onontgonnen gebied voor de rattenjager. Tegelijk zijn de rattenjagers die zich daarmee bezighouden ook nog flink aan het experimenteren om de beste aanpak te vinden voor de verschillende situaties die zij tegenkomen. Het lijkt erop dat het vooral zwarte ratten zijn, die problemen in de pluimveesector veroorzaken. Het idee dat zwarte ratten vanuit het zuiden steeds verder oprukken naar het noorden is zorgelijk, omdat zwarte ratten lastiger te bestrijden zijn. Dit is voor de reeds door de vogelgriep getroffen sector van pluimveehouders geen prettig vooruitzicht.
Wij zijn Peter en Joris dankbaar voor hun pionierswerk en de bereidheid om hun inzichten met ons te delen. Ondertussen moedig ik anderen aan om zich ook te oriënteren op de pluimvee sector. Ik hoop dat dan ook iedereen bereid is om zijn ervaringen te delen.
Joris en Peter,… Hartelijk bedankt voor jullie inkijk in deze sector.
De theorie van de ballistiek wordt uitgebreid besproken in het “Handboek voor de Rattenjager”. De theorie zegt dat je de mondingssnelheid en de hoogte van de richtkijker boven de loop moet meten. Deze getallen, samen met de ballistische eigenschappen van het kogeltje gebruikt de ballistische calculator om de kogelbaan te berekenen. In de cursus besteden we kort aandacht aan het “tweaken” van de ballistische data.
Nu is het zo dat in theorie altijd alles klopt, maar de praktijk kan weerbarstig zijn. Ik krijg veel vragen van collega rattenjagers die toch nog wel afwijkingen hebben. Hieronder de meest voorkomende.
Case 1: “Ik heb mijn data goed ingevoerd en ik schiet zuiver op Zero-afstand en verder. Naar mate ik op kortere afstanden schiet treft het kogeltje steeds hoger (of lager)”.
Case 2: “Ik heb mijn data goed ingevoerd en schiet zuiver tot Zero-afstand. Naar mate ik verder op grotere afstanden schiet treft het kogeltje steeds hoger (of lager)”.
Opmerking:Het mag duidelijk zijn dat je op Zero-afstand altijd zuiver moet kunnen schieten. Als je hier een probleem hebt dan moet je de ballistische calculator uitzetten en gaan onderzoeken wat er aan de hand is. Problemen met zuiverheid op zero-afstand kunnen voortkomen uit losse kijker, losse demper, slechte munitie of (heel verraderlijk) gebreken aan het lenzensysteem van je kijker.
In het volgende laat ik met behulp van Chairgun zien hoe je jouw luchtbuks loepzuiver krijgt van 6 tot 100 meter. Het mikpunt en trefpunt zijn onder alle omstandigheden gelijk.
In het onderstaande invulscherm van Chairgun zie je de Mondingsnelheid van 262 m/s, Kijker hoogte van 6 cm, Kogelgewicht van 0,76 gram, Ballistisch Coëfficiënt van 0,022 en een Zero-afstand van 20 m. Dit is de ballistische data voor mijn AGN Technology Vixen airgun met de Pard DS35/50/LRF richtkijker.
Opmerking:Hoewel je anders zou vermoeden heeft het gewicht van het kogeltje geen invloed op de kogelbaan. Het gewicht is meegenomen in de BC-Waarde. Het gewicht heeft wel invloed op de mondings- en impact-energie.
Als je bovenstaande problemen wilt oplossen en je weet zeker dat de gegevens die je hebt in gevoerd goed zijn dan moet je gaan “Tweaken”. Je gaat dan met de parameters spelen totdat je op alle afstanden perfect treft. Er zijn twee parameters waarmee kunt gaan spelen. Dat zijn de kijker hoogte en de Ballistische Coëfficiënt. Dat werkt als volgt:
Oplossing voor Case 1
Oorzaak van Case 1:Case 1 doet zich voor als de kijkerhoogte verkeerd gemeten is. Het probleem kan ook ontstaan als de LRF op korte afstand een afwijking heeft. De calculator rekent dan met de verkeerde afstand en dat kun je opvangen door de kijker-hoogte te tweaken.
Door de kijker hoogte te variëren kun het trefpunt verhogen of verlagen in het traject tot de zero afstand. In onderstaande afbeelding is de rode kromme de kogelbaan op basis van de hierboven ingevoerde gegevens. De groene kromme is de baan voor een kijker hoogte van 5 cm en de blauwe voor 7 cm.
Vuistregel 1: De hoogte van de inslag op korte afstand is tegengesteld evenredig met de kijker hoogte!
Komt het kogeltje op 6 meter 1 cm te laag af, dan verhoog je de parameter voor de kijker hoogte met 1,5 cm.
Komt het kogeltje op 6 meter 1 cm te hoog af, dan verlaag je de parameter voor de kijker hoogte met 1,5 cm.
Opmerking:Je ziet dat de kijker hoogte ook invloed heeft op de baan achter de zero-afstand. Dat is geen probleem, omdat de meeste rattenjagers zich beperken tot maximaal 25 meter om ratten verantwoord af te schieten. Als je hier toch hinder van hebt kun je besluiten om het wapen op een zero-afstand van 30 meter in te schieten.
Let op:De Pard DS35/50/LRF rekent correct vanaf 6 meter. Vervelend is dat de Pard wel tot 3 meter kan meten, maar dan niet correct rekent. De ATN X-Sight rekent correct vanaf 5 meter en geeft bij minder afstand een “out of range” waarschuwing.
Oplossing voor Case 2
Oorzaak van Case 2:Case 2 doet zich voor als de BC-waarde niet klopt. De calculator rekent dan met de verkeerde waarde. Schutters die op extreem grote afstanden schieten (100 m wedstrijd schieten) kunnen last hebben van zo’n afwijking die je kunt opvangen door de BC-waarde te tweaken.
Door de BC-waarde te verhogen of te verlagen kun je het trefpunt in het traject na de zero-afstand verhogen of verlagen. In onderstaande afbeelding is de rode kromme de kogelbaan op basis van de hierboven ingevoerde gegevens. De blauwe kromme is het traject voor een BC-waarde van 0,027 en de groene voor 0,017.
Vuistregel 2: De hoogte van de inslag op grote afstand is evenredig met de BC-waarde
Komt het kogeltje voorbij de zero-afstand te laag af, dan verlaag je de BC-waarde van 0,022 naar bijvoorbeeld 0,017. (groene kromme)
Komt het kogeltje voorbij de zero-afstand te hoog af, dan verhoog je de BC-waarde van 0,022 naar bijvoorbeeld 0,027. (blauwe kromme)
Opmerking:Je ziet dat de BC-waarde geen invloed heeft op de baan voor de zero-afstand. Je moet dus beginnen met het tweaken van de kijker-hoogte. Als je dan nog een afwijking hebt voorbij de zero-afstand dan ga je met de BC-waarde spelen.
Vorig jaar mei heb ik de Pard al eens op de testbank gehad en met wat mitsen en maren goedgekeurd voor gebruik in onze cursus. Intussen zijn we vijf firmware updates verder en daarmee werd de richtkijker steeds beter. Ik heb gisteren de laatste versie 20231106 geladen en nu ben ik echt enthousiast!
De laatste update zorgde ervoor dat de zoomknop in stappen van 4x, 5x, 6x, 7x, 8x kan inzoomen. Daarmee is het een stuk vlotter dan het inzoomen in stapjes van 0,1x. Ook de functie “Self activated recording” werkt nu perfect. Zelfs voor een luchtbuks met minimale power. Hiermee zijn de meest storende problemen opgelost en ik durf de stelling aan dat de Pard DS35/50/LRF/940 de beste dag/nacht-richtkijker is voor de rattenjager.
De Pard DS35/50/LRF/940 is de beste dag/nacht-richtkijker voor de rattenjager
Met minder pixels dan de ATN X-Sight 5 (3x-15x) en ook minder zoombereik werkt hij lekkerder en geeft een beter beeld. Meer dan 8x zoomen is voor een rattenjager die tot 25 meter schiet helemaal niet interessant. Een rattenjager werkt op korte afstand. Ik schiet veel ratten op minder dan 10 meter en je wilt dan ook dat de kijker daarop kan scherpstellen, de afstand kan meten (LRF) en daarmee ook kan rekenen in de ballistische calculator. De Pard DS35 kan dit nu tot en met 6 meter en geeft daarmee andere merken het nakijken.
Tel hierbij op dat de richtkijker super licht gewicht is, een goed IR-lamp aan boord heeft, supersnel en nauwkeurig de afstand meet, prettig en gemakkelijk te bedienen is en een dubbele set oplaadbare batterijen heeft die je in donker op de tast kunt verwisselen.
Is er dan niets meer te wensen? Ja zeker,…. Gisteravond miste ik een rat die op 3 meter afstand in het stro zat. Ik was verbaast omdat de afstand netjes werd gemeten en de ballistische calculator ook een correctie liet zien. Vandaag heb ik dit nog eens getest en wat blijkt:….. Het apparaat stelt scherp tot zo’n 3 meter. De LRF kan ook afstanden tot 3 meter meten. De ballistische calculator geeft tot 6 meter goede correcties. Bij afstanden van 3, 4 en 5 meter tref je centimeters te laag.
Dan nog een vervelend foutje… Als de “Self activated recording” aanstaat dan gaat dit ook draaien als je het wapen stoot. Ik wil dit opvangen door de kijker na het schot (en de opname) in standby modus te zetten. Tot mijn verdriet gaat de kijker ook in de standby modus een opname maken als het wapen ergens tegenaan stoot. Na de opname komt de kijker vanzelf uit de standby modus en daarmee gaat ook de IR-lamp weer aan. Met andere woorden de Standby modus werk niet in combinatie met de “Self activated recording”.
Wat mij betreft nog één firmware update om deze twee foutjes eruit te halen en hem perfect te maken.
Kortom: Pard streeft met deze richtkijker ATN voorbij en wij bevelen hem van harte aan voor onze cursisten.
Opmerking: Ik krijg van verschillende kanten bericht dat op de website van Pard geen Firmware updates meer staan. Daarom hier een link naar al mijn Firmware-versies voor de Pard DS35.
Op 6 augustus heb ik een eerste test van de generatie 5 van de ATN X-Sight nachtrichtkijker gepubliceerd. Daar is op 29 augustus een vervolg op gekomen nadat ik de kijker heb omgeruild. In de tweede test was de ATN X-Sight 5 nog niet geweldig, maar wel werkbaar. We hebben ‘m goedgekeurd voor gebruik in onze cursus, met de aantekening dat er nog wel wat problemen moeten worden opgelost. We hebben de volgende aanbevelingen gedaan.
Maak de ATN-Connect5 app af en haal de slordige fouten eruit. Voeg ook de Gallery functie weer toe zodat je filmpjes gemakkelijk kunt delen via de mobiele telefoon.
Als de streaming functie niet te verbeteren is? Laat ‘m dan weg!
Verhoog het aantal cijfers/letters voor de profielnamen naar minimaal “20”.
Voeg een cijfer achter de komma toe voor de BC-waarde.
Maak het invoeren van kogelgewicht in gram mogelijk en zorg ervoor dat ook lichtgewicht loodvrije pellets kunnen worden ingevoerd.
Voeg een Drag Function “GA” voor airgun pellets toe en haal de fout eruit dat bij het laden van een profiel de Drag function gewijzigd wordt naar G2.
De trage bediening van de kijker is storend. Dit moet worden opgelost. Het weglaten van de zoomknop is een misser in het ontwerp. Misschien is een stapsgewijze zoomfunctie van 3x, 5x, 10x en 15x (met het ongebruikte knopje II) een oplossing.
Intussen is er een nieuwe firmware update voor de richtkijker en deze heb ik direct gedownload. Het gaat om versie 5.1.05.706. Het instaleren daarvan ging zonder problemen. Tijd voor een nieuwe test en we bekijken wat er is opgelost:
Maak de ATN-Connect5 app af en haal de slordige fouten eruit. Voeg ook de Gallery functie weer toe zodat je filmpjes gemakkelijk kunt delen via de mobiele telefoon. De app is sterk verbeterd en de ergste slordigheden zijn er uit. De Gallery functie is er nog steeds niet. Wel is een functie om video’s te importeren en op te maken vanuit een losse SD-card reader. Wat mij betreft heb je daar niet veel aan. Verder heb ik nog een slordige fout gevonden bij de taal-instellingen. Niet alle talen die de kijker ondersteunt zijn zichtbaar in de app.
Als de streaming functie niet te verbeteren is? Laat ‘m dan weg! Streaming is wat minder traag en daardoor bruikbaar.
Verhoog het aantal cijfers/letters voor de profielnamen naar minimaal “20”.
Voeg een cijfer achter de komma toe voor de BC-waarde.
Maak het invoeren van kogelgewicht in gram mogelijk en zorg ervoor dat ook lichtgewicht loodvrije pellets kunnen worden ingevoerd. Deze verzoeken zijn niet gehonoreerd.
Voeg een Drag Function “GA” voor airgun pellets toe en haal de fout eruit dat bij het laden van een ander profiel de Drag function gewijzigd wordt naar G2. De “GA” Drag Function is niet toegevoegd. De fout dat de waarde bij het overschakelen naar een ander profiel spontaan wijzigt naar G2 is opgelost. Daarmee zou het nu mogelijk zijn om meerdere profielen te gebruiken en daartussen te schakelen. Echter in de praktijk blijkt dat de instellingen toch op een of andere manier veranderen bij het schakelen tussen profielen.
De trage bediening van de kijker is storend. Dit moet worden opgelost. Het weglaten van de zoomknop is een misser in het ontwerp. Misschien is een stapsgewijze zoomfunctie van 3x, 5x, 10x en 15x (met het ongebruikte knopje II) een oplossing. De bediening van de kijker gaat vlotter. Ook het zoomen gaat beter en sneller. Daarmee komt de zoomknop niet terug, maar wordt het wel werkbaar. Wat blijft is dat het menu regelmatig vastloopt en de zoomknoppen helemaal niet meer werken. als je dan een andere functie gebruikt (bij voorbeeld afstand meten of op en neer naar nachtzicht) dan werken de knopjes weer. Het blijft behelpen.
Ik heb de kijker proberen in te schieten met meerdere profielen voor verschillende power settings van mijn FX Wildcat. Dat lukt niet, want als ik tussen profielen ga schakelen raakt de zaak ontstelt. Ik snap niet wat er gebeurt. De parameters veranderen niet, maar het resultaat wel. Zolang je met één profiel werkt gaat het goed. Voor mij is dat jammer, want ik werk met verschillende profielen voor:…
Low Power (19 joule) zonder demper voor in restaurants, keukens, woningen, etc. voor afstanden van 6 tot 15 meter
Medium Power (26 joule) zonder demper voor magazijnen, stallen, fabrieken, etc. voor afstanden van 6 tot 25 meter
Medium Power (26 joule) met demper voor als je heel stil wilt werken.
High Power (30 joule) met demper voor op het erf, slootkanten, maiskuil mesthopen voor afstanden van 20 tot 35 meter.
Conclusie
Voor de niet al te veeleisende rattenjager is het een prima nachtkijker die zich t.o.v. de X-Sight 4K Pro onderscheid met een betere beeldkwaliteit die ook goed blijft als er wordt ingezoomd. Ik moet voorlopig nog even blijven werken met oude ATN X-Sight 4K Pro tot de problemen met de profielen zijn opgelost.
Toevoeging: (15 februari 2024) In overleg met de importeur “20|20 Supplies B.V.” heb ik nog even verder getest. Het blijkt nu dat het ontstellen van de zero-instelling komt door de stelring voor scherpstellen (objectief). Als je scherp stelt door met de klok mee te draaien komt de pellet op het doel uit. Als je scherp stelt door tegen de klok in te draaien schiet 2 cm links onder je doel. Kennelijk is er iets mis met de lens. Zie onderstaande foto…
De importeur heeft (bij mij) toegegeven dat in de eerste zending van deze kijkers veel gebreken zijn geconstateerd. Deze zending gaat terug naar de fabrikant en het wachten is op een nieuwe zending.
Ik ga het test-exemplaar van de ATN X-Sight 5 3-15x (LRF) dat door de importeur aan mij beschikbaar gesteld is nu ook terugsturen. Deze kan dan ook terug naar de fabrikant. Zodra ik een nieuwe heb ga ik die weer op de testbank leggen.
Afgelopen week ben ik door de bekende Limburgse rattenjager Peter Peeters uitgenodigd om mee te kijken bij zijn aanpak van ratten in Brabantse kippenstallen. Het ging om een pluimveebedrijf met leghennen, waar gewone eieren en scharreleieren worden geproduceerd.
De stal met koloniehuisvesting (voor goedkopere eieren) is minder ruim dan de stal waar kippen op de grond kunnen rondscharrelen. In beide stallen had de pluimveehouder te kampen met een forse populatie zwarte ratten. Op zich is dat niet bijzonder. Vrijwel alle pluimveehouders hebben min of meer overlast van ratten. Het mag echter niet uit de hand lopen, want als de rattenpopulaties te groot worden neemt de kans op besmetting met ziektes toe.
Wat dat betreft is de pluimveesector een getraumatiseerde bedrijfstak die behoorlijk heeft geleden en nog steeds lijdt onder de vogelgriep. Er zijn talloze bedrijven geïnfecteerd en daarbij moesten honderdduizenden kippen worden geruimd. Het niveau van preventieve maatregelen om besmetting te voorkomen is daarom zeer hoog. Ook ratten kunnen besmettingen veroorzaken en daarom is er veel inzet op het beheersen van rattenpopulaties.
Helemaal omkleden! Alleen je onderbroek mag je aanhouden
Voordat wij de stal kunnen betreden moeten we ons omkleden. Alle kleding (m.u.v. onderbroek) moest uit en we kregen een schone set kleren (joggingbroek, T-shirt, sokken en petje). Daarmee gingen we de eerste sluis in en daar konden we instappen in een paar klompen. In de tweede sluis kreeg je een overall. Vervolgens stap je dan over in een paar laarzen die in een derde sluis staan. De klompen blijven achter in de tweede sluis. En dan sta je in een stal met 20.000 scharrelkippen die allemaal zitten te slapen. Het is daar warm, stoffig en pikdonker. De kippen fungeren als kacheltjes.
De kippen zitten hoog en de rattenjager heeft een vrij schootsveld
De kippen zitten allemaal hoog en het ziet er ruim uit. De roosters waarop kippen eten, drinken en hun eieren leggen zijn vrijwel leeg. Deze boer werkt eraan om de kippen ‘s-nachts op de stokken te krijgen. Hij doet dat met de verlichting, waarbij hij van onderaf de lichten uitschakelt. Deze aanpak zorgt ervoor dat eventuele dode kippen snel worden gevonden en kunnen worden opgeruimd. Het is ook heel handig voor de rattenjager. Immers de ratten gaan voor het voer dat op de legroosters wordt aangeboden. Hij hoeft dan geen rekening te houden met kippen die mogelijk in het schootveld kunnen zitten. Deze aanpak is overigens een uitzondering. De meeste kippenboeren gaan niet zo zorgvuldig met hun kippen om en laten ze ook op de roosters zitten. Je hebt dan als rattenjager een minder gunstige uitgangspositie.
Onder de legroosters lopen mestbanden, waar de kippenpoep op terecht komt. Deze banden voeren de mest af naar een put. Ratten zitten ook veel op deze mestbanden en in de mestput.
Kwetsbare installaties waar je zeer gericht moet schieten
Omdat ik voor het eerst in deze omgeving moet rattenjagen, krijg ik uitleg van de kippenboer. Hij wijst mij op de watersystemen waar kippen (en ook ratten) van kunnen drinken. Dit zijn een soort ventielen, die water afgeven als kippen deze aanraken. De hele installatie zit vol met dit soort nippels met talloze toevoerleidingen. Het voer wordt gedistribueerd in een soort goot met daarin een transportsysteem. Allemaal kwetsbare installaties, waarmee je bij het schieten rekening moet houden.
Zwarte ratten
Peter Peeters komt in zijn werkgebied in dergelijke stallen meestal zwarte ratten tegen. Deze zijn lastig te bestrijden, omdat ze klein en bewegelijk zijn. Ze klimmen overal bij op en ze zitten vaak op hoge plekken tussen de kippen. Als ze willen foerageren komen ze naar beneden op het legrooster en dan komen ze in beeld. Soms zie je ze drinken van de waterventielen en dat is een mooi moment om ze af te schieten. Maar als ze in de voergoot springen dan zijn ze moeilijk voor de loop te krijgen en moet je wachten tot ze daar weer uitkomen.
Je moet razendsnel mikken en toch heel voorzichtig schieten
De ratten kunnen overal opduiken en zijn ook snel weer weg. Als rattenjager moet je snel zijn. Als je een rat hebt gespot moet je deze meteen op de korrel te nemen en afschieten, anders is hij alweer weg. Het is heel dynamisch en je moet opletten dat je de rat goed raakt en geen schade veroorzaakt. Ik moet toegeven dat ik tijd nodig had om me in te stellen op deze dynamiek. Na wat zoeken naar een goede positie en het instellen van de schietstok kon ik aan de slag. Daarbij werd ik geholpen door de kippenboer die met een warmtebeeldkijker aan het spotten was. Hij zag de ratten aankomen en wees mij op de plek waar ze waarschijnlijk in beeld zouden komen. Ik kon dan vooraf de afstand meten (LRF) zat klaar om te schieten.
Oefening en opleiding in een nieuwe markt
Volgens Peter Peeters die veel ervaring heeft met pluimveebedrijven is dit een onontgonnen markt voor rattenjagers. Ook de kippenboer is ervan overtuigd dat de meeste collega-bedrijven dergelijke rattenproblemen hebben, waar de reguliere ongediertebestrijding geen antwoord op heeft. Hij was meer dan tevreden over de resultaten van Peter en denkt erover om zelf de cursus voor rattenjagen te gaan doen. Hij is ervan overtuigd dat je met afschot de rattenpopulaties beter kunt beheersen.
Omdat ik in mijn klantenkring geen pluimveehouders heb, ben ik bij Peter Peeters op excursie gegaan om de kneepjes van zijn aanpak te leren. We hebben er uitgebreid over gesproken en hij heeft mij een oefening laten doen in een stal met scharrelkippen. Volgens hem is dat gemakkelijker door de ruimte die je daar hebt. De volgende stap is dat je aan de slag gaat in een stal met koloniehuisvesting. Dat is veel nauwer en ben je echt tussen de kippen aan het schieten. Het is dan nog belangrijker dat je ook echt raakschiet en het kogeltje in de rat blijft hangen. Volgens Peter is dit nog een stuk lastiger, maar nog altijd effectiever dan elke andere methode.
Door de enorme omvang van de stallen is Peter soms weken bezig om in alle hoeken van dergelijke bedrijven de ratten onder de duim te krijgen en te houden. Hij experimenteert daarom met een aanpak waarin met meerdere rattenjagers tegelijk een pluimveebedrijf wordt bediend. Hij heeft echter moeite om goede rattenjagers aan zich te binden. Ook vindt hij dat de opleiding voor rattenjagers meer aandacht zou moeten besteden aan de specifieke aanpak voor pluimveebedrijven. Dit is een handschoen die Henk Fennema en ik wel willen oppakken.
We kunnen ook onze community (Whatsapp groep voor pluimveebedrijven) inzetten om ervaringsdeskundigen bij elkaar te brengen. Ik zal dat gaan regelen. Ondertussen ga ik ook actief op zoek naar een pluimveebedrijf in mijn werkgebied om meer ervaring op te doen. Wordt dus vervolgd….
Het nieuwe jaar is net begonnen. Ik heb met mijn dierbaren Oud en Nieuw in Frankrijk gevierd en we blijven hier nog even. Dat geeft mij de gelegenheid om terug te kijken op het afgelopen jaar 2023 en vooruit te kijken.
Een jaar waarin Henk Fennema en ik een recordaantal van 60 rattenjagers hebben opgeleid en getoetst. In totaal zijn er nu 142 gecertificeerde rattenjagers. Hiervan zijn er 81 actief aan de slag en de kaart van Nederland begint steeds groener te kleuren met jagertjes in alle provincies.
In december hebben we alweer de 3e druk van ons Handboek voor de Rattenjager gepubliceerd. Hiervan zijn er in de afgelopen drie jaar zo’n 1000 exemplaren verkocht. Dat zijn er veel meer dan het aantal cursisten. We zien dat de verkoop van Handboeken een voortdurend stijgende lijn vertoont. Wij hebben de indruk dat er rond de feestdagen een zelfs piek was en vragen ons af hoe dat zit. Zou het zo zijn dat mensen elkaar zo’n boek cadeau geven? Raar, maar we zijn er blij mee.
Waar we ook blij van worden is de stabiliteit van onze community op RATTENJAGERS.NL. Slechts enkelen zijn afgehaakt c.q. geroyeerd en een van ons is in het afgelopen jaar plotseling overleden. Ook de activiteit in de WhatsApp groep is groot. Van de 142 gecertificeerde cursisten zijn er 120 deelnemers actief in de verschillende subgroepen van de community.
Tot onze spijt is de subgroep “IEDEREEN” flink uitgedund door vervelend gedrag van enkele deelnemers. Henk en ik hebben de subgroep een tijd stilgelegd, de boosdoeners gewaarschuwd, één deelnemer geroyeerd en één voorlopig uit IEDEREEN gezet.
Toch zijn we enthousiast over het functioneren van de WhatsApp community en wij zien dat er ontzettend veel kennis wordt gedeeld en uitgewisseld. Er is zelfs een marktplaats ontstaan en de bereidheid van collega’s om elkaar te helpen is groot. Ook Henk en ik halen veel uit deze uitwisseling en geven dat weer een plek in ons handboek en de cursus.
Als we om ons heel kijken zijn er een paar dingen die ik wil noemen. Zo is onze belangrijkste collega/concurrent opleider KAD failliet gegaan. De opleidingstak van het adviesbedrijf is uiteindelijk weer onder dezelfde naam doorgestart. Ik vind dat een goed zaak, want alleen kunnen we minder bereiken. Ongeveer tegelijkertijd kwam er een nieuwe cursus voor rattenjagers van de grond van Lestrix. Deze aanvullende cursus voor gecertificeerde bestrijdingstechnici is een onlinecursus, met een praktijkdeel dat door een van onze leerlingen wordt gegeven. Wij zijn er trots op dat de Ratslagmethode nu ook door andere organisaties wordt uitgedragen. Dat is een goede zaak want er komt veel werk af op de rattenjagers.
Dat brengt ons op het verbod op gebruik van rattengif binnen gebouwen dat op 1 januari 2023 is ingegaan. Het duurt even voordat zo’n beperking indaalt in de maatschappij. In de loop van het jaar klopten steeds meer bedrijven voor ongediertebestrijding bij ons aan. Sommige bedrijven voorzien dat zij klanten onder de huidige regelgeving niet meer kunnen bedienen. Zij zien in dat het rattenjagen een belangrijke pijler wordt om de nu al groeiende rattenpopulaties te beheersen. Ik verwacht dat deze bedrijven rattenjagers moeten gaan inhuren om hun klanten tevreden te houden. Alternatief is dat zij zelf gaan rattenjagen. We zien dan ook dat steeds meer ongediertebestrijders zich bij ons inschrijven voor een cursus. Vaak hebben ze dan de cursus van KAD al gehad. Bij ons leren ze dan het doortimmerde vakmanschap van de Ratslagmethode.
Ratslagmethode is de norm voor verantwoorde rattenbestrijding
Wij durven het nu (na drie jaar) wel hardop te zeggen…. De Ratslagmethode is in Nederland de norm voor het verantwoord en ecologisch bestrijden van ratten. Daarmee is het gebruik van rattengif in principe overbodig geworden. Er moeten echter nog wel wat rattenjagers worden opgeleid om het gebruik van rattengif ook echt uit te bannen. Tegelijk moeten overheden dit jaar aan de slag om de Ratslagmethode in alle provincies te legaliseren.
Mede namens Henk Fennema wens ik ons allen veel nieuwe klanten en de beste wensen voor 2024.
Het professionele rattenjagen wordt steeds meer een onderdeel van de reguliere plaagdierbeheersing. Dat komt omdat in 2023 het gebruik van rattengif voor particulieren is verboden en professionele ongediertebestrijders nu ook binnen gebouwen met Integrated Pest Management (IPM) moeten werken. Integrated Pest Management (IPM) is een methode waar de nadruk ligt op het voorkomen van overlast, in plaats van op bestrijden. IPM heet ook wel geïntegreerde plaagdierbeheersing.
Plaagdierbestrijders werken al sinds 2017 volgens de IPM-methode om muizen, ratten en andere knaagdieren buiten te bestrijden. Vanaf 1 januari 2023 is deze methode ook verplicht bij de bestrijding van knaagdieren in gebouwen. Hoewel rattengif (voor professionals) als laatste redmiddel beschikbaar blijft, blijkt dat binnen gebouwen het gebruik afneemt. Dit komt omdat het inzetten van gifstoffen nu aan veel strenge voorwaarden is verbonden. Daarmee wordt eerder voor afschot gekozen. De rattenjager krijgt daarmee een plek in IPM.
Waar staat IPM voor?
Geïntegreerde plaagdierbeheersing (IPM) hanteert de volgende uitgangspunten:
Er wordt uitgegaan van preventie door monitoring en habitat-management. Zorg dat je weet of er ratten zijn en waar deze zitten (Monitoren) en doe je best om het terrein of gebouw voor ratten zo onaantrekkelijke mogelijk te maken (Habitat-managegent).
Als bestrijden nodig is worden altijd eerst niet-toxische of biologische middelen ingezet. Als sprake is van overlast en/of als preventieve maatregelen niet (voldoende) werken dan is bestrijding nodig. Dat kan met mechanische middelen. Denk aan rattenklemmen en inloopvallen. Ook de nachtelijke bestrijding met een luchtbuks valt onder mechanische bestrijding.
Eventuele inzet van chemische middelen is beperkt, doelgericht en tijdelijk. Het gebruik van rodenticide (rattengif) is strikt voorbehouden aan professionele ongediertebestrijders die daarvoor IPM-gecertificeerd zijn. Zij moeten zich daarbij houden aan strakke richtlijnen.
Er is aandacht voor de hele omgeving, dus ook voor naastgelegen gebouwen en percelen. Zeker als gebruik wordt gemaakt van rodenticide is het belangrijk dat de volledige populatie wordt aangepakt. Dit om resistentie te voorkomen bij ratten die de bestrijding met gif overleven.
IPM en de Rattenjager
Professionele rattenjagers uit ons collectief werken meestal direct voor een opdrachtgever met een rattenprobleem. Als de klant belt is er meestal al een uit de hand gelopen populatie waar ingrijpen nodig is.
Rattenjagers gebruiken loodvrije kogeltjes en geen rattengif . Zij werken duurzaam en als bestrijden nodig is, doen ze dat verantwoord en diervriendelijk. Afschot is selectiever en humaner dan klemmen en maakt rattengif overbodig. Professionele rattenjagers hoeven niet IPM-gecertificeerd te zijn omdat zij niet met gifstoffen werken.
Toch hanteren wij ook de principes van IPM omdat deze voor de hand liggen. Als je rattenplagen kunt voorkomen hoef je immers niet te bestrijden. Klanten zijn het meest geholpen met een duurzame en blijvende beheersing van rattenpopulaties.
Het rattenjagen is een curatieve maatregel en deze wordt ingezet als al sprake is van overlast. De effectiviteit van het afschieten neemt evenredig toe met de omvang van een populatie. Een hele avond jagen op één of enkele ratten is niet erg efficient. Maar bij grote populaties is de rattenjager buitengewoon effectief, omdat in korte tijd een populatie wordt gereduceerd tot een aanvaardbare (natuurlijke) omvang. Het resultaat is meetbaar, omdat de gedode dieren worden verzameld en getoond aan de opdrachtgever.
Als een rattenplaag is bezworen dan komt de dialoog op gang over het voorkomen van overlast. De rattenjager heeft tijdens zijn nachtelijke activiteiten de omgeving, het hele terrein en alle gebouwen gescand op de aanwezigheid van ratten. Monitoring met nachtcamera’s en warmtebeeldkijkers geeft een goed beeld van de situatie en levert aanwijzingen voor preventieve maatregelen. Deze worden vermeld in het evaluatieverslag dat met de opdrachtgever wordt gedeeld. Deze kan op basis hiervan besluiten om zelf preventieve maatregelen te nemen. Hij kan ook een bedrijf voor plaagdierbeheer vragen om daarbij te helpen.
Hoewel sommige professionele rattenjagers ook diensten leveren op het gebied van wering en preventieve maatregelen, is in de meeste gevallen de opdracht afgerond met de oplevering van de evaluatie. Een rattenjager werkt dus projectmatig en aan zijn inzet komt een eind.
Relatie met de ongediertebestrijder
Dit in tegenstelling tot bedrijven voor plaagdierbeheer. Deze gaan langdurige contracten aan waarin de hele cyclus van IPM voortdurend wordt herhaald. Dat begint met een risico-inventarisatie, het vaststellen van drempelwaarden en het maken van een plan van aanpak. Vaak voor meerdere plaagdiersoorten (ratten, muizen, insecten, ect…). Vervolgens wordt met monitoring, preventieve maatregelen en eventueel bestrijding uitvoering gegeven aan het plan. De cyclus wordt afgerond met een evaluatie en daarna begint het weer opnieuw.
Als een populatie ondanks de preventieve maatregelen en de mechanische bestrijding met klemmen toch uit de hand loopt is het afschieten door een rattenjager een optie. De rattenjager wordt dan ingehuurd door de plaagdierbeheerder, zodat deze niet hoeft over te gaan tot het inzetten van chemische bestrijding. Ook hier is sprake van een projectmatige inzet van de rattenjager.
Grotere bedrijven voor plaagdierbeheer kunnen ook rattenjagers in dienst hebben. Dit zijn dan de “vliegende keepers” in het bedrijf, die daar waar nodig kunnen worden ingezet om te voorkomen dat de grip op een populatie verloren gaat.
Solist in een geïntegreerde aanpak
Een rattenjager werkt dus ook regelmatig binnen de context van het geïntegreerd plaagdierbeheer (IPM) en moet daar kennis van hebben. Hij werkt alleen en in stilte. Hij wil niet opgemerkt worden door ratten, toevallige toeschouwers of buren en hij wil huis/staldieren en eventueel aanwezig personeel niet laten schrikken.
De aard van het werk maakt dat een rattenjager autonoom (meestal ZZPér) is, zich thuis voelt in de nacht en zich goed kan oriënteren in donker. Kerncompetenties zijn observatievermogen, geduld en zelfredzaamheid. Verder de vaardigheid om bevindingen, resultaten en aanbevelingen in IPM-stijl te communiceren met zijn opdrachtgever. Dit kan een klant zijn, maar ook een plaagdierbeheerder die de rattenjager inhuurd.
Gisterenavond waren een twintigtal leden bijeen voor de ALV van EraNed op een boerderij nabij Deventer. Omdat EraNed een echte vereniging is met een bestuur en leden, moet deze ook gezamenlijk besluiten nemen. Daarom wordt twee keer per jaar een ALV georganiseerd.
Verder wordt er één keer per jaar een informele verenigingsdag georganiseerd met een barbecue en een echte schietbaan. Afgelopen zomer heeft dit voor de eerste keer plaatsgevonden. Ik was op vakantie en kon er niet bij zijn, maar volgende keer ben ik echt van de partij.
Het bestuur van EraNed is nog aan het werk met de opbouw van de verening. Afgelopen jaar is de vereniging opgericht en zijn de statuten gedeponeerd bij de notaris. Ook is er hard gewerkt aan reglementen, administratie, een website en het formeren van een stabiel bestuur. De vereniging heeft nu 54 leden en dat zijn de echte professionals van ons collectief. Dat merk je ook aan de gesprekken die daar worden gevoerd.
De leden van de vereniging willen zich onderscheiden door de nadruk te leggen op het Ecologische rattenbeheer. Zij zijn groen en herkenbaar door het dragen van de verenigings-Patch op de kleding en het kunnen tonen van de EraNed ID-kaart.
Het bestuur heeft intussen verschillende interacties gehad met overheden en provincies en de naamsbekendheid van de vereniging groeit. Er is nog wel een weg te gaan voordat EraNed als vereniging een factor van betekenis is waar overheden en politieke organen niet meer omheen kunnen als het gaat over ecologische rattenbeheersing. Het is dan ook belangrijk om de vereniging te steunen.
Als je je als professioneel rattenjager wilt profileren dan is het goed om lid te worden van EraNed en vooral ook om er de schouders onder te zetten. De website van EraNed is operationeel en je kunt je HIER aanmelden.
Anders dan ons collectief van RATTENJAGERS.NL (die de Ratslagmethode gebruiken) kunnen bij EraNed ook Rattenjagers meedoen die zich op een andere manier hebben gekwalificeerd. Bijvoorbeeld met KAD RPB.
Met ingang van vandaag is de 3e druk van het Handboek voor de Rattenjager te koop in de online boekhandel. Ik heb de afgelopen maanden hard gewerkt om alle nieuwe inzichten die Henk Fennema en ik hebben opgedaan in de cursussen te verwerken in deze nieuwe versie.
Wij hebben in het boek (en ook in de cursus) definitief afscheid genomen van de optische richtkijker. We hebben meer gefocust op de moderne elektronische nacht-richtkijkers. Dit is nodig omdat het beheersen van deze complexe apparatuur nog steeds een flink obstakel is voor aspirant rattenjagers. Verder hebben we meer aandacht besteed aan de soorten ratten in Nederland. Ook de werkwijze van Integrated Pest Management (IPM) komt nadrukkelijker aan de orde.
Wij gaan ook de cursus aanpassen, zodat er meer mogelijkheden komen om cursisten op theoretische kennis (als Wet en Regelgeving, IPM en ballistiek) te toetsen. Henk en ik werken nu aan een online toets-platform om het effect van zelfstudie uit het Handboek beter te kunnen monitoren en toetsen.