Afgelopen donderdag stond mijn eerste muizen sessie in de planning. De afgelopen week ben ik veel bezig geweest met het schieten met de Notos in 4,5 mm. Op het laatste moment bedacht ik dat wellicht de traditionele platkopkogeltjes ook zouden kunnen werken. Ik maakte me een beetje zorgen over de loodvrije versie, vervormen doet deze niet en ik wil dat er bij doorschot de restenergie zo minimaal mogelijk is. Dus ik aan de slag met het testen van de H&N 0,53 gram platkopjes. Snelheid was 230 m/s. BC waarde 0.011. Data in de Ballistische calculator gezet en knallen maar. Het resultaat , prima. Ik beperkte me tot afstanden tot 12 m1. Later ga ik nog testen tot hoever deze netjes blijven vliegen. Ik testte het aantal schoten wat ik loepzuiver met een volle luchtvulling kon doen en kwam uit op 17. Niet super veel maar 1 x vullen tussendoor is toch 34 muizen..
Hieronder de data uit Exterior Ballistics.
De 10 m1 is niet de perfecte afstand, de meest vlakke kogelbaan krijg je bij 15 m1 zero afstand.
De energie is nagenoeg gelijk aan de loodvrije kogel omdat de snelheid iets lager is.
Met een goed gevoel ging ik op pad. Aangekomen op mijn bestemming kreeg ik van de Chef te horen dat hij voor het eerst in maanden geen muis had gezien. Alsof ze wisten dat ik zou komen. Had ik weer.
Toch maar een poging gewaagd. Ik had een soort van voerplank neergezet die tevens kon dienen als achtervang. Better safe dan sorry. Ik kon dus een paar testschoten doen op een kaartje. 2 schoten perfect in de roos. Ik kon beginnen.
Na ongeveer 15 minuten melde muis nr 1 zich op 11 meter afstand, hij liet zijn snuit even zien en vertrok weer. Nr 2 kwam te voorschijn vanuit een andere hoek. Hij liep de hele zaak door maar het buffet wat ik had klaargezet was niet interessant. Muizen zijn een soort van ADHD ratjes, ze vliegen van links naar rechts en van voor naar achter, het is dus zaak dat je de knoppen van je kijker blind kan bedienen.
Hij kwam op een afstand van 7 m1 tot stilstand en ik besloot de trekker over te halen, door de impact vloog hij een stukje naar achteren. Natuurlijk was ik reuze benieuwd naar de staat van het diertje, met een 5,5 mm blijft er immers niet veel van over.
Het resultaat was verassend goed en ik kon geen krasje of deukje in de vloer ontdekken.
NR 3 kwam niet. Na nog een uurtje turen door mijn warmtebeeldkijker hield ik het voor gezien. Volgende keer beter zeggen we dan maar.
Al met al ben ik positief. Lopen er 30 dan schiet je er 30. Voorwaarde is wel dat je een ervaren schutter moet zijn en je kijker zonder nadenken kan bedienen. Een rat zie je, meet je en schiet je in veel gevallen. Bij muizen ben je drukker.
Op naar de volgende testcase. In de tussentijd ga ik nog aan de slag met testen van de verschillende kogels op 7% Balistische Gel en ik wil nog uitzoeken tot welke afstand de platkopjes werken.
Het laatste berichtje hierover is dus nog niet geschreven.
Ik heb de Umarex Notos in 4,5 mm besteld bij Dicks in Leeuwarden en dankzij de vlotte service had ik deze afgelopen zaterdag al in huis. Direct de Arken Zulus erop gemonteerd en achter in de tuin wat gerommeld. De Notos wordt tegenwoordig geleverd met een richtkijker en bipod. De bipod er ook maar op geschroefd, was handig als ik hem tussendoor even wilde parkeren. Het magazijntje van de Notos is ronduit waardeloos, ik had niets anders verwacht (bij de Notos 5,5 mm was dit namelijk niet anders) en de Carm magazijntjes zijn al onderweg.
Zondag had ik een heerlijke vrije dag, alle tijd om rustig wat dingetjes uit te proberen. Ik had de JSB 0,547 en de H&N Baracudda Green van 0.43 gram mee laten komen.
De eerste stap was snelheid meten.
De H&N Baracuda Green kwam met gemiddeld 247 m/s de loop uit.
De JSB Exact kwam met gemiddeld 220 m/s de loop uit.
Zoals af te lezen in de tabellen is de energie door het verschil in snelheid nagenoeg gelijk.
Omdat mijn tuin maar 14 meter diep is en ik niet van plan ben om op meer dan 15 afstand te gaan schieten besloot ik de 14 m1 als zero afstand aan te houden.
Voor de barracuda is de 14 m1 niet ideaal.
15 m1 voor de JSB was perfect geweest.
Nu ik de snelheid van beide helder had kon ik alle data invoeren in de Arken Zulus. 2 aparte profielen aangemaakt, een voor de Baracuda en een voor de JSB. Zero afgesteld op 14 m1 en flink wat geschoten. De trekker van de Notos blijft wennen maar dat ging steeds beter.
Het eerste doosje H&N was vlot leeg en ik besloot het 2e doosje nog maar even te bewaren, ik ging verder met de JSB.
Het resultaat na wat oefening. Dit waren 40 schoten met de JSB, ieder schot een andere afstand, van 14 m1 in stapjes naar 5m1 en in stapjes terug naar 14 m1.
Ik zeg prima!
Van de week zal ik nog blijven trainen in de tuin, de bediening van de Arken Zulus gaat nog wat stroef, de Alpex Lite zit nog in m’n systeem. Vandaag met mijn klant de locatie bekeken en verzonnen hoe we dit gaan aanvliegen. Ik ga uit voorzorg nog wat beschermende maatregelen nemen en Donderdagnacht waag ik mijn eerste poging. Ik ben reuze benieuwd of ik de muizen naar de door mij bedachte plekken kan krijgen, we gaan het meemaken.
Rattenschutters worden ook geconfronteerd met muizen en deze worden ook wel afgeschoten. Dat komt omdat een muis op afstand niet gemakkelijk is te onderscheiden van een jong ratje.
Het gereedschap van de rattenschutter is bedoeld (en berekend) voor een gemiddelde rat van zo’n 500 gram. Als op een jong ratje of een muis (van minder dan 50 gram) wordt geschoten dan wordt het diertje feitelijk aan flarden geschoten. Het kogeltje vliegt met veel energie verder. Een deuk in de roestvrij stalen achterwanden van keukens of een gebroken tegeltje is dan het vervelende gevolg. Ook elektrische of waterleidingen kunnen beschadigd raken.
Muis op schietschijf
Sommige klanten vragen aan hun rattenschutter om ook de muizen af te schieten. Ik doe dat meestal niet omdat ik dan de ratten afschrik die ik liever afschiet. Muizen hebben wat mij betreft minder prioriteit. Ook omdat muizen minder slim zijn en gemakkelijk met vallen kunnen worden gevangen.
Toch krijgen wij regelmatig de vraag om ook muizen aan te pakken. Bijvoorbeeld in een keuken van een restaurant of onder een voerautomaat voor koeien in een melkveestal. Hier hebben klemmen geen effect omdat er veel voedsel beschikbaar is.
Als je op muizen wilt gaan schieten, moet je een daarvoor geschikt wapen samenstellen. Je moet dan rekening houden met minder inslagenergie. De minst krachtige configuratie die je kunt bedenken bestaat uit:
Het kleinst beschikbare kaliber van 4,5mm, met het lichtste loodvrije kogeltje (H&N Baracuda Green van 0,43 gram)
De minimaal aanvaardbare mondingsnelheid van 250 m/s om te voorkomen dat het muisje kan wegduiken/opspringen voordat het wordt getroffen.
De maximale afstand van 15 meter. Je moet treffen binnen een kleinere killzone van 1 cm. In de praktijk kan een gekwalificeerde rattenschutter dit tot op zo’n 15 meter.
De mondingsenergie komt dan op 13,44 Joule. De inslagenergie tussen de 10 en 15 meter is ruim 11 Joule. Het kogeltje gaat dan dwars door de muis heen en daarmee is het met zekerheid onmiddellijk dood.
Het kogeltje zal verder vliegen met zo’n 5 Joule rest energie. Dit is ongevaarlijk voor grote staldieren, installaties en inventaris.
Henk Fennema heeft een specifieke klant, die muizen niet onder controle kan krijgen en nadrukkelijk bij hem aanklopt voor een oplossing. Henk gaat daarvoor een wapen samenstellen op basis van bovenstaande berekeningen.
Hij laat ons weten hoe het experiment afloopt. Als het werkt gaan we dit de Muisslag-methode noemen.
Ik heb intussen mijn eigen Alpex lite ingeschoten en kan de resultaten van de eerdere review van Henk bevestigen. Ik ga wat dieper in op de “verrassing” van Henk over het meten achter de komma van de Laser Range Finder (LRF). Hij was daar blij mee, omdat hij daarmee ook op korte afstanden extreem zuiver kon schieten.
Voor een richtkijker, die is ontwikkeld voor luchtbuksen is het nauwkeurig meten van de afstand belangrijker dan voor normale richtkijkers. Dat komt omdat rattenschutters vaak op korte afstanden schieten.
Nu deze richtkijker meet en (ballistisch) rekent vanaf 3 meter, is het nog belangrijker om nauwkeurig te meten. Het door Henk geteste prototype kon tot op 10 cm nauwkeurig meten. Bij voorbeeld 3,5 meter.
De definitieve versie van de Alpex Lite kan niet achter de komma meten en daardoor wordt tot 3,5 meter afgerond naar 3 meter en wordt na 3,5 meter afgerond naar 4 meter.
Het prototype zou bij een afstandsmeting van 3,5 meter een POI hebben van -5,845 cm. De productieversie rond dit af naar -5,62 cm of naar 6,07 cm. Dat is een verschil van 0,45 cm en levert een afwijking op van 0,225 cm. In onderstaande grafiek en tabel vindt je gegevens.
Nou kun je denken dat deze afwijking heel klein is. Je blijft met zo’n afwijking ruim binnen de killzone van de gemiddelde rat. Toch vinden Henk en ik het jammer, want het prototype had deze afwijking gewoon NIET. Wij stellen ons op het standpunt dat als perfectie mogelijk is, dat je die moet realiseren. We hebben dan ook aan Hikmicro gevraagd om het meten achter de komma ook in het productiemodel mogelijk te maken.
Als perfectie mogelijk is, moet je die realiseren
De ingenieurs van Hikmicro wijzen ons erop dat de nauwkeurigheid van de LRF sowieso is begrensd op +/- 1 meter. Zij zien dat als een argument om het meten achter de komma uit te schakelen. Wat zij waarschijnlijk niet weten is, dat wij met de parameter (kijker-hoogte) eventuele afwijkingen van de LRF corrigeren. Hun argument gaat daarmee verloren.
Wij zijn van mening dat de Hikmicro Alpex 4K Lite A40EL LRF nu al de beste richtkijker voor rattenschutters is. Als het meten achter de komma wordt toegevoegd is hij wat ons betreft perfect.
Afgelopen week is de Hikmicro Alpex Lite gelanceerd. Deze richtkijker speciaal voor luchtbuksen is wereldwijd enthousiast ontvangen. Rattenschutters mocht eerder een prototype testen, maar ik moest wachten met publiceren tot de officiële lancering.
In mijn eerdere bericht over zijn grote broer melde ik al dat Hikmicro met een kijker zou komen die wel geschikt is voor de Ratslagmethode. Vorige week was het dan zover, ik ontving de test versie van deze kijker, dit is dus nog niet de definitieve versie die begin Juni verkrijgbaar zal zijn. Met dit in mijn achterhoofd monteerde ik de kijker op mijn Umarex Notos en vertrok naar de schietbaan.
Zero afstellen deed ik binnen 7 schoten, Ballistische data invoeren en schieten op variabele afstanden, alles direct raak.
Ik had begrepen dat de LRF meet vanaf 3 meter, doel dichtbij geplaatst, meten schieten en ja hoor helemaal top. Het doel stond op 3,6 m1. De kijker meet niet alleen vanaf 3 meter maar hij meet ook alle afstanden tot achter de komma, dus bv 7,6 m1 of 20,1. Dit is gewoon fantastisch. Omdat we momenteel bezig zijn met het geven van de cursus was ook Jos op de schietbaan. Ook Jos wilde de kijker even testen en hij was direct enthousiast.
Minpuntje.. na ca 5 seconden verdwijnt de gemeten afstand uit je display, je leest dan LRF 000. Dat is jammer. Soms wil je nog even controleren wat de meting was. Ik hoop dat dit in de definitieve versie anders is of in de toekomst via een update aangepast zou kunnen worden.
Vervolgens een examen geschoten zoals dat op onze cursus gebruikelijk is. 4 doelen op afstanden tussen de 20 en 3 meter gezet. 1 schot op de ca. 20 m1, 1 schot op de ca. 15 m1, 1 op de ca. 10 m1 en 1 op de ca. 5 m1. Dat rondje in totaal 3 x. Alle 12 schoten waren raak. Toen nog een keer hetzelfde gedaan maar dan 28 schoten ( meer lucht zat er niet in de Notos), alle 28 raak. Met vlag en wimpel geslaagd dus. Wij zullen deze kijker toevoegen aan het lijstje met geschikte kijkers.
De HikMicro Alpex 4K Lite A40EL LRF wordt toegevoegd aan de lijst van aanbevolen middelen voor de ratslagmethode
Verder is het een echte Hikmicro, beeld is top, menu werkt fijn, alle toeters en bellen zitten erop. Omdat het een compact kijkertje is zitten de knoppen voor menu, meten en foto/video nu bovenop de draaiknop. Dit is even wennen maar verder prima. Hij heeft een interne batterij en verwisselbare batterij. Volgens opgave moet je er 7 uur mee kunnen werken. De IR lamp heeft zijn eigen batterij, hoe lang die mee gaat hangt af van het type lamp die je gaat gebruiken.
Het is een compacte en lichte kijker, je moet er natuurlijk wel een aparte IR lamp bij kopen en daarvoor een geschikte plek vinden op je wapen. Op de Notos gaat dat niet lukken maar op mijn FX Impact is het geen probleem. Er is ook een mount waarmee je de IR lamp aan de kijker kan monteren maar dat heeft niet mijn voorkeur. Omdat de kijker lekker compact is zit dit dan in de weg bij je draaiknop van het menu.
De volgende stap is nu om als de sodemieter een mailtje te sturen naar Dicks in Leeuwarden, Jos en Ik willen er allebei zo snel mogelijk één hebben.
Deel 2
Dat “zo snel mogelijk” is gelukt, ik heb gisteren mijn Alpex gemonteerd en ingeschoten. Tot mij verbazing meet dit exemplaar niet achter de komma.
Mijn Kijker
De test kijker
Natuurlijk dacht ik iets niet goed ingesteld te hebben, dus op zoek gegaan maar niets gevonden in de instellingen.
Vervolgens met Hikmico contact gehad en mijn probleem kenbaar gemaakt. Ik heb van beide de serie nummers doorgegeven en software versie. Nu wachten op het antwoord.
Het is en blijft wel een fantastische kijker , maar dat meten achter de komma maakte nou net het grote verschil met de rest. Ok, het scheelt misschien 5 mm. De rat merkt het verschil niet maar ik zie het terug op de kaart. Het streven is om vanaf iedere afstand gat in gat te kunnen schieten. Ik duim dat ze dit kunnen oplossen met een update. Ik meld me wel weer als er nieuws is.
Hieronder het resultaat met vooraf gecontroleerde afstanden. Zo wil je ze hebben
Van tijd tot tijd struin ik het internet af op zoek een geschikt wapen voor binnen.
Ik heb natuurlijk al de FX impact wat op zich een fantastisch wapen is maar ik zocht nog een wat handzamer dingetje die niet te hard schiet.
Ik kwam de Umarex Notos tegen, simpel ding, super licht, prima voor binnen?
Snelheid leek wat aan de lage kant dus ik Dicks in Leeuwarden gevraagd of hij kon testen wat de snelheid was met een loodvrij kogeltje.
Zelfde dag nog antwoord, snelheid was 240 m/s met de H&N loodvrij
Voor de prijs van iets meer dan 400 euro te koop dus ik dacht proberen maar.
De volgende dag had ik hem binnen, de kolf moet je zelf monteren maar dat zijn 4 schroefjes vastzetten. Mijn oude ATN gemonteerd en..
Tijd voor de eerste test.
Achter in de tuin een doel neergezet in zero afgesteld op 12 m1
Eerste groepje van 14 (vlotte) schoten was prima.
Tijd voor de test op de schietbaan
Zaterdag de Umarex Notos mee naar de schietbaan genomen.
Ik ben begonnen met het testen van de snelheid van wat verschillende kogeltjes. Ik was benieuwd naar de spreiding per schot.
De uitslagen:
Merk
Gewicht
Snelheid
Spread
Joule
JSB Exact Jumbo
1,03 g
221 m/s
1 m/s
25
JSB Exact loodvrij
0,76 g
251 m/s
2 m/s
24
H&N Target Trophy green
0,62 g
261 m/s
2 m/s
21
H&N Baracuda green
0,84 g
240 m/s
2 m/s
24
Ik was verbaasd over de spreiding. het is gewoon super netjes.
Vervolgens met de JSB Loodvrij het wapen zero afgesteld op 25 m1 en hup, eerste proef examen op de grond doelen geschoten.
Resultaten 5 en 10 m1
Resultaten 15 en 20 m1
Alle schoten al voldoende voor het behalen van onze schiettest.
Weer wat aan het afstellen geweest en toen de volgende serie ( als op het examen) geschoten.
Resultaat 5 en 11 m1
Resultaat 15 en 21 m1
De stickers die ik hier gebruik zijn net zo groot als 1 euro, sticker geraakt is dus voldoende op onze schietproef. Op 21 meter had ik 1 misser maar dat was mijn fout.
Voor een wapen wat zo uit de doos komt en waar je verder niets aan kan afstellen schiet hij prima. De regulator doet zijn werk goed. Ik weet zeker dat wat oefenen met dit wapen en dan met name wennen aan de trekker plus nog wat fine tunen van de zero en Sight height de resultaten nog beter kunnen worden.
Ervaringen
Waar ik wel tegenaan liep was het volgende.
Maximaal 4 magazijnen (28 schoten) per vulling is ,als je gaat inschieten en afstellen of trainen, niet veel. Je moet dan vaak een magazijntje vullen en lucht toevoegen. Maar ik ben dan ook verwend met mijn andere wapen die makkelijk 3 x 28 schoten per vulling doet. Nu heeft Carm wel magazijntjes van 10 en 12 schoten, maar die moeten wel onder je kijker passen.
De grendel en magazijn invoer zit links, ik ben daar gek genoeg erg blij mee. Je kan tijdens het grendelen je doel goed in de gaten blijven houden.
Ik merk dat van de Pard Nightstalker overschakelen naar de ATN x Sight 4 k pro je doet beseffen hoe fijn de Pard is. Het was weer even flink wennen.
7 schots magazijntjes zijn klein in omvang, dus best een beetje priegelwerk om ze te vullen.
Originele magazijntjes, zoek de verschillen. ik had een extra magazijn erbij besteld maar omdat Umarex die van de Notos slecht levert kreeg ik er een die normaal in een pistool zit en iets afwijkt.
Bij Carm andere magazijntjes besteld, deze doen 10 schoten.
Test Magazijntjes en aantal schoten per vulling
Mooi moment om ook deze te testen. Ik was ook benieuw hoeveel schoten je op een vulling kan doen. Magazijntjes werken prima en ze passen exact onder de mounts van de ATN. Getest met de JSB 1,03 gram
Ik deed 40 prima schoten met de vulling, De volgende 10 schoot ik op het linker doel bovenste kaart, je ze duidelijk het verlies van druk terug in de resultaten. 40 x op een vulling is dus wel de max.
Vervolgens nog een serie (40 x) geschoten op 15 m1. bij de eerste schoten op het middelste doel moest ik nog de zero afstellen, ik schoot zonder ballistische calculator. Na een kleine correctie naar rechts waren ook deze 40 schoten ruim voldoende.
Ik was onder de indruk van het gemak waarmee ik schoot en de resultaten die volgde.
Conclusie
Zoek je een wapen om loodvrij mee te schieten met beperkte power en gewicht dan is dit een prima keuze. Het wapen schiet prima.
Vergelijk hem niet met de FX Wildcat, grendelen en trekker overhalen gaat flink minder soepel, hij kost ook minder dan 1/3 van een Wildcat.
Hoe duurzaam dit wapen is zal nog moeten blijken.
Prima als extra wapen of voor binnen gebruik. Het was vandaag op de buitenbaan windstil. Ik wil hem graag nog eens testen onder minder gunstige omstandigheden.
Ik denk dat je er voor de bestrijding prima mee uit de voeten kan, 40 schoten per vulling zijn 40 ratten en de standaard magazijntjes kosten 24,95 per stuk.
Pluspunten
Super licht
Beperkte energie, 24 joule tot 17 joule op 25 meter met JSB Loodvrij
Goedkoop
Maar een stand, niets verstelbaar. ( hoewel op Youtube er een video staat waar in je ziet dat je e.e.a toch kan verstellen maar das niet voor ieder een weggelegd) Fouten maken door de knopjes niet in de juiste stand te zetten kunnen dus niet voorkomen.
Gendel en magazijn invoer zit links en gek genoeg vind ik dat handig, je kan je wapen tijdens het grendelen gewoon met je rechterhand vasthouden en je doel in de gaten blijven houden.
Super stil door standaard demper. ( hoef je er dus niet los bij te kopen)
Gereguleerd en tijdens de test slechts een afwijking van plus en min 2 m/s
Verstelbare kolf, de afstand tussen je oog en kijker aanpassen is dus simpel.
Minpunten
Magazijntje slechts 7 schots, magazijntje vullen is priegelwerk voor mensen met dikke vingers, Carm magazijntje in aan te bevelen.
Grendelen niet zo soepel als een FX maar het went snel
Trekker een beetje lomp maar op zich te doen.
Indien je met lood gaat schieten zakt de snelheid flink. Zie tabel
Beperkt aantal schoten door kleine luchtvoorraad maar voldoende om mee te werken
Maar een stand, niet verstelbaar. Als je meerdere profielen wil gaan gebruiken is dit wapen wat beperkt.
In de afgelopen cursus van maart 2024 hebben we voor het eerst gebruik gemaakt van dit ongelooflijke apparaat.
Bij een meeting op onze 50 meterbaan, gaan we uit van een serie van vijf schoten. Daarbij kijken we eerst naar de mondingsnelheid en de stabiliteit ervan. Als (na wat inregelen) de mondingsnelheid en mondingsenergie zijn ingesteld, gaan we de definitieve meting doen. De cursist krijgt dan het resultaat van vijf schoten, waarin de gemiddelde mondingssnelheid en mondingsenergie wordt bepaald, de spreiding in de snelheid en de gemiddelde BC-waarde.
In de cursus konden alle leerlingen voor hun luchtbuks met eigen instellingen en pellets de mondingsnelheid en BC-waarde meten. Deze radar chronograaf meet op verschillende afstanden (10m, 15m, 20m en 25m) de snelheid van het kogeltje. Op basis daarvan kan het ook de BC-waarde uitrekenen. Daarmee komt een einde aan de soms moeizame zoektocht naar de BC-waarde van pellets. We kunnen deze nu gewoon meten.
Startscherm met de mondingssnelheid en die op verschillende afstandenTweede scherm met ook energieDerde scherm met gemiddelde mondingsnelheid en BC-waarde
Wij zijn blij met dit fantastische gereedschap. We gaan in de mei cursus een onderzoekje doen naar de verschillende loodvrije kogeltjes die in de ratslagmethode worden gebruikt.
In mijn bericht van 19 januari heb ik verslag gedaan van een excursie met Peter Peeters bij een pluimveebedrijf in Noord-Brabant. Ik was onder de indruk van de manier waarop Peter omvangrijke populaties zwarte ratten aanpakt. In mijn verslag heb ik beschreven wat ik heb meegemaakt en ik heb aangekondigd dat ik me verder wil verdiepen in deze nog onontgonnen markt voor de rattenjager.
Zelf ervaring opdoen
Ik heb hier in Noord-Oost Friesland pluimvee bedrijven benaderd. Ik heb met verschillende pluimveehouders gesproken en kreeg te horen dat zij broedeieren produceren voor nieuwe generaties leghennen en slachtkippen. De hiervoor gebruikte stallen zijn modern en zeer goed afgesloten voor de buitenwereld. Met andere woorden ze hebben geen problemen met ratten. Bij een bedrijf met leghennen ben ik op bezoek geweest. Volgens zeggen heeft de pluimveehouder geen last van ratten binnen zijn stallen. Bij een observatie om de stallen waren wel een paar bruine ratten zichtbaar op en om de mestafvoer transportbanden en bij de mestopslag. Hier in het Noorden zijn er kennelijk weinig problemen met ratten in grootschalige kippenstallen. Hoe anders is dat in het zuiden van het land.
Daarom kijken we nu vooral naar de ervaringen van rattenjagers in Noord-Brabant. Peter Peeters had ik al gevonden. Op mijn oproep naar ervaringsdeskundigen in ons collectief meldde Joris van der Aalst zich. Zowel Joris als Peter houden zich vrijwel uitsluitend bezig met kippenbedrijven in Noord-Brabant. Peter doet het Oosten en Joris zit vooral aan de Westelijke kant van Noord-Brabant.
Henk Fennema en ik hebben Peter en Joris uitgenodigd voor een interview waarin wij willen nagaan hoe wij als rattenjagers de pluimveesector kunnen helpen bij de bestrijding van ratten.
Het interview
Zowel Peter als Joris werken primair voor grote kippenbedrijven. Peter heeft daarnaast melkveehouders, gemeentes en een diertuin. Beide helpen ook nog wel wat particulieren, vaak ook met kippenhokken. Een opvallende conclusie van beiden was dat zij in de grote kippenstallen uitsluitend zwarte ratten zien, terwijl op terreinen rondom de stallen vaker bruine ratten worden aangetroffen. Ook bij varkensstallen, melkveehouders en particulieren in hetzelfde gebied zien zij hoofdzakelijk bruine ratten.
Alleen zwarte ratten in kippenstallen
Kennelijk voelt een bruine rat (die meestal op de grond zit) zich niet thuis tussen grote aantallen kippen. Zwarte ratten zijn klimmers en in de kippenstallen bewegen deze zich gemakkelijk tussen de kippen en klimmen over installaties tot zelfs in de nok van de stallen. Ze maken nesten op de meest onwaarschijnlijke plekken.
Bij slachtkippen wordt mogelijk gewerkt met rattengif
De kippenbedrijven waar Peter en Joris voor werken hebben meestal leghennen. Er zijn wel verschillen. Je hebt scharrelkippen die relatief veel ruimte hebben en er is koloniehuisvesting waar kippen minder ruimte hebben. Naast de leghennen zijn er ook bedrijven met slachtkippen. Kenmerkend voor slachtkippen is dat de stal eens per 6 weken leeg komt, omdat dan alle kippen naar de slacht gaan. Op zo’n moment worden de stallen schoongemaakt en worden ook eventuele rattenpopulaties aangepakt. Peter vermoedt dat daarbij gewerkt wordt met rodenticides (Rattengif). Hij wordt zelden gevraagd om ratten af te schieten in dergelijke lege stallen.
Pluimveehouders bang voor imago
Bedrijven voor leghennen worden eens in de twee jaar opgeruimd. De leghennen gaan dan naar de slacht. Omdat deze bedrijven groot zijn worden de kippen in gedeelten afgevoerd naar de slachthuizen. De ratten migreren dan naar de plekken waar nog kippen zijn en kunnen dus niet worden aangepakt in de leeggekomen delen. In de volgende periode van twee jaar groeien rattenpopulaties uit tot behoorlijk problemen en neemt de schade toe. De belangrijkste schade is de knaagschade aan installaties en de verhoogde kans op besmetting met ziekte kiemen. Ook het imago van de bedrijven is een belangrijke motivatie om rattenproblemen aan te pakken. Kenmerkend is dat pluimveehouders rattenproblematiek ontkennen of onder de pet willen houden.
De rattenjager is de enige effectieve aanpak
Op de vraag of een luchtbuks in dergelijke kippenstallen effectief is wordt positief geantwoord. Eigenlijk is er geen alternatief. Je kunt geen klemmen of gif tussen kippen zetten. Bovendien is er zoveel voer dat de slimme zwarte ratten met geen mogelijkheid te verleiden zijn. Anderzijds zijn de ratten zo bewegelijk dat het afschieten ervan niet eenvoudig is. Ook omdat je rekening moet houden met de kippen en de installaties. Beide rattenjagers erkennen dat je rattenpopulaties kunt beheersen, maar niet uitroeien. Er zijn zoveel plekken waar ratten niet kunnen worden aangepakt dat er altijd een populatie overblijft die (als je ze met rust laat) weer gaat groeien. Er is wel verschil in de vormen van huisvesting. Scharelkippen gaan s’-nachts op de stokken en daar kan een rattenjager goede resultaten bereiken. Kippen in de koloniehuisvesting zitten zo dicht op elkaar dat de rattenjager alleen de ratten kan afschieten die zich aan de voorkant van de kooien wagen.
Je moet snel zijn met een compacte buks en weinig power
Op de vraag welke gereedschappen zij gebruiken kun je zien dat beide jagers nog flink aan het zoeken zijn. Peter schiet met een (zeer kostbare) warmtebeeldkijker, omdat hij heeft gemerkt dat goedkopere en IR-kijkers minder goed werken. Peter experimenteert ook met blauwe en rode lampen in combinatie met een laser-pointer om ratten op zeer korte afstand (van 3 tot 8 meter) tussen de mestbanden te kunnen afschieten. Jorris is van mening dat je beter met een IR-kijker kunt werken omdat je anders voortdurend op reflecties van ratten zit te schieten. Het warmtebeeld van ratten reflecteert in de stalen constructies van de kooien. Beide zijn het erover eens dat je niet teveel power moet gebruiken. Peter denkt er zelfs over om met 4.5 mm te gaan schieten. De zwarte ratten zijn kleiner en kwetsbaarder dan bruine ratten. Ze gebruiken allebei loden pellets, omdat ze bang zijn dat de harde loodvrije kogeltjes meer gaan ketsen in de stalen constructies.
Over de richtmiddelen zijn de jagers het eens. De dynamiek is zo hoog dat je geen tijd hebt om afstand te meten met de Laser Range Finder (LRF). Beide hebben zich aangeleerd om de LRF te gebruiken als zij zich op een positie installeren. Ze krijgen dan met de Ballistische Calculator (BC) inzicht in de afstanden tot de verschillende doelgebieden. Zij kunnen dan met ingeschatte correcties de rat veel sneller afschieten. Dit vergt overigens wel veel ervaring en gevoel voor afstand. Beide rattenjagers zijn nog volop aan het uitvinden wat de beste aanpak is voor de verschillende situaties bij pluimveebedrijven.
Opmerking: We hebben nog even gediscussieerd over het gebruik van super lichte en compacte wapens zoals de AGN Vixen. Peter veronderstelt dat je op korte afstanden zonder schietstok ratten kunt afschieten. Ik vind dit een interessante gedachte. Misschien moet je dan gaan werken met een vaste nachtkijker op je hoofd/helm in combinatie met een “red dot” richtkijker. Ik ga hier wat research naar doen.
Veiligheid en risico management is belangrijk
De pluimveesector is beducht voor de vogelgriep. Alle bedrijven waar zij komen hebben uitgebreide maatregelen om infecties buiten de deur te houden. Soms gaat het zover dat je eerst moet douchen voordat je de bedrijfskleding kan aantrekken. Eenmaal binnen zijn er veel dingen waar je op moet letten. De jager moet de stal goed verkennen en bekijken hoe ratten kunnen worden afgeschoten zonder kwetsbare installaties te beschadigen. Ondanks dat, gebeurt het dat waterleidingen en kippen worden geraakt. Omdat ‘s-nacht de waterdruk is afgesloten komt het probleem de volgende dag in beeld en kan meestal snel worden verholpen door het personeel in de stal. De pluimveehouders nemen de schade en eventuele dode kippen voor lief als zij zien dat er veel ratten worden afgeschoten.
Er is ook nogal wat kans op schade aan het geweer. In het donker manoeuvreren in een nauwe ruimte leidt tot valpartijen en veel stoten. Ook het stof is niet erg bevorderlijk voor het gereedschap. De jagers werken standaard met mondkapjes. Dit is vaak een heel gedoe omdat door de ontsnappende lucht de lens van de richtkijker beslaat. Sowieso moet je het geweer vooraf opwarmen, omdat anders in de vochtige warme stal lenzen onmiddellijk beslaan. Bij het bewegen in de stal werken ze met rode hoofdlampen. Kippen reageren daar nauwelijks op en ook ratten raken daardoor minder verstoord. Bij het schieten gaat al het licht uit.
Peter en Joris krijgen hun klanten via mond op mond reclame
Kennelijk hebben de pluimveehouders onderling contact en worden de rattenjagers vanzelf benadert door nieuwe klanten. Kennelijk is er behoefte voor het aanpakken van ratten bij pluimveehouders. Het is niet algemeen bekend dat rattenjagers daarin een rol zouden kunnen spelen.
Omdat er eigenlijk geen alternatieven zijn groeit het werk hen boven het hoofd. Peter heeft geprobeerd om collega’s te betrekken en om met meerdere jagers tegelijk aan de slag te gaan. Peter betwijfelt of er in ons collectief voldoende ervaren rattenjagers zijn die zich snel hierop kunnen inwerken. Ook de kosten spelen een rol. Peter en Joris werken allebei met een relatief laag uurloon. Het is de vraag of pluimveehouders veel meer willen betalen. Als je dan met meerdere jagers aan de slag gaat lopen de kosten snel op.
Het is moeilijk om kostendekkend te werken
Beide jagers vinden het uurloon dat zij (moeten) hanteren te laag. Als zij hoger gaan zitten vallen de pluimveehouders waarschijnlijk terug op pogingen om de zaak met rattengif onder controle te houden. Gezien het speciale kostbare gereedschap en de hoge afschrijving vinden zij dat een hoger uurloon meer reëel is.
Conclusies
De pluimvee sector is vooralsnog een onontgonnen gebied voor de rattenjager. Tegelijk zijn de rattenjagers die zich daarmee bezighouden ook nog flink aan het experimenteren om de beste aanpak te vinden voor de verschillende situaties die zij tegenkomen. Het lijkt erop dat het vooral zwarte ratten zijn, die problemen in de pluimveesector veroorzaken. Het idee dat zwarte ratten vanuit het zuiden steeds verder oprukken naar het noorden is zorgelijk, omdat zwarte ratten lastiger te bestrijden zijn. Dit is voor de reeds door de vogelgriep getroffen sector van pluimveehouders geen prettig vooruitzicht.
Wij zijn Peter en Joris dankbaar voor hun pionierswerk en de bereidheid om hun inzichten met ons te delen. Ondertussen moedig ik anderen aan om zich ook te oriënteren op de pluimvee sector. Ik hoop dat dan ook iedereen bereid is om zijn ervaringen te delen.
Joris en Peter,… Hartelijk bedankt voor jullie inkijk in deze sector.
De theorie van de ballistiek wordt uitgebreid besproken in het “Handboek voor de Rattenjager”. De theorie zegt dat je de mondingssnelheid en de hoogte van de richtkijker boven de loop moet meten. Deze getallen, samen met de ballistische eigenschappen van het kogeltje gebruikt de ballistische calculator om de kogelbaan te berekenen. In de cursus besteden we kort aandacht aan het “tweaken” van de ballistische data.
Nu is het zo dat in theorie altijd alles klopt, maar de praktijk kan weerbarstig zijn. Ik krijg veel vragen van collega rattenjagers die toch nog wel afwijkingen hebben. Hieronder de meest voorkomende.
Case 1: “Ik heb mijn data goed ingevoerd en ik schiet zuiver op Zero-afstand en verder. Naar mate ik op kortere afstanden schiet treft het kogeltje steeds hoger (of lager)”.
Case 2: “Ik heb mijn data goed ingevoerd en schiet zuiver tot Zero-afstand. Naar mate ik verder op grotere afstanden schiet treft het kogeltje steeds hoger (of lager)”.
Opmerking:Het mag duidelijk zijn dat je op Zero-afstand altijd zuiver moet kunnen schieten. Als je hier een probleem hebt dan moet je de ballistische calculator uitzetten en gaan onderzoeken wat er aan de hand is. Problemen met zuiverheid op zero-afstand kunnen voortkomen uit losse kijker, losse demper, slechte munitie of (heel verraderlijk) gebreken aan het lenzensysteem van je kijker.
In het volgende laat ik met behulp van Chairgun zien hoe je jouw luchtbuks loepzuiver krijgt van 6 tot 100 meter. Het mikpunt en trefpunt zijn onder alle omstandigheden gelijk.
AGN Technolgy Vixen met Pard DS35/50/LRF/940
In het onderstaande invulscherm van Chairgun zie je de Mondingsnelheid van 262 m/s, Kijker hoogte van 6 cm, Kogelgewicht van 0,76 gram, Ballistisch Coëfficiënt van 0,022 en een Zero-afstand van 20 m. Dit is de ballistische data voor mijn AGN Technology Vixen airgun met de Pard DS35/50/LRF richtkijker.
Opmerking:Hoewel je anders zou vermoeden heeft het gewicht van het kogeltje geen invloed op de kogelbaan. Het gewicht is meegenomen in de BC-Waarde. Het gewicht heeft wel invloed op de mondings- en impact-energie.
Als je bovenstaande problemen wilt oplossen en je weet zeker dat de gegevens die je hebt in gevoerd goed zijn dan moet je gaan “Tweaken”. Je gaat dan met de parameters spelen totdat je op alle afstanden perfect treft. Er zijn twee parameters waarmee kunt gaan spelen. Dat zijn de kijker hoogte en de Ballistische Coëfficiënt. Dat werkt als volgt:
Oplossing voor Case 1
Oorzaak van Case 1:Case 1 doet zich voor als de kijkerhoogte verkeerd gemeten is. Het probleem kan ook ontstaan als de LRF op korte afstand een afwijking heeft. De calculator rekent dan met de verkeerde afstand en dat kun je opvangen door de kijker-hoogte te tweaken.
Door de kijker hoogte te variëren kun het trefpunt verhogen of verlagen in het traject tot de zero afstand. In onderstaande afbeelding is de rode kromme de kogelbaan op basis van de hierboven ingevoerde gegevens. De groene kromme is de baan voor een kijker hoogte van 5 cm en de blauwe voor 7 cm.
Vuistregel 1: De hoogte van de inslag op korte afstand is tegengesteld evenredig met de kijker hoogte!
Komt het kogeltje op 6 meter 1 cm te laag af, dan verhoog je de parameter voor de kijker hoogte met 1,5 cm.
Komt het kogeltje op 6 meter 1 cm te hoog af, dan verlaag je de parameter voor de kijker hoogte met 1,5 cm.
Opmerking:Je ziet dat de kijker hoogte ook invloed heeft op de baan achter de zero-afstand. Dat is geen probleem, omdat de meeste rattenjagers zich beperken tot maximaal 25 meter om ratten verantwoord af te schieten. Als je hier toch hinder van hebt kun je besluiten om het wapen op een zero-afstand van 30 meter in te schieten.
Let op:De Pard DS35/50/LRF rekent correct vanaf 6 meter. Vervelend is dat de Pard wel tot 3 meter kan meten, maar dan niet correct rekent. De ATN X-Sight rekent correct vanaf 5 meter en geeft bij minder afstand een “out of range” waarschuwing.
Oplossing voor Case 2
Oorzaak van Case 2:Case 2 doet zich voor als de BC-waarde niet klopt. De calculator rekent dan met de verkeerde waarde. Schutters die op extreem grote afstanden schieten (100 m wedstrijd schieten) kunnen last hebben van zo’n afwijking die je kunt opvangen door de BC-waarde te tweaken.
Door de BC-waarde te verhogen of te verlagen kun je het trefpunt in het traject na de zero-afstand verhogen of verlagen. In onderstaande afbeelding is de rode kromme de kogelbaan op basis van de hierboven ingevoerde gegevens. De blauwe kromme is het traject voor een BC-waarde van 0,027 en de groene voor 0,017.
Vuistregel 2: De hoogte van de inslag op grote afstand is evenredig met de BC-waarde
Komt het kogeltje voorbij de zero-afstand te laag af, dan verlaag je de BC-waarde van 0,022 naar bijvoorbeeld 0,017. (groene kromme)
Komt het kogeltje voorbij de zero-afstand te hoog af, dan verhoog je de BC-waarde van 0,022 naar bijvoorbeeld 0,027. (blauwe kromme)
Opmerking:Je ziet dat de BC-waarde geen invloed heeft op de baan voor de zero-afstand. Je moet dus beginnen met het tweaken van de kijker-hoogte. Als je dan nog een afwijking hebt voorbij de zero-afstand dan ga je met de BC-waarde spelen.
Afgelopen week ben ik door de bekende Limburgse rattenjager Peter Peeters uitgenodigd om mee te kijken bij zijn aanpak van ratten in Brabantse kippenstallen. Het ging om een pluimveebedrijf met leghennen, waar gewone eieren en scharreleieren worden geproduceerd.
De stal met koloniehuisvesting (voor goedkopere eieren) is minder ruim dan de stal waar kippen op de grond kunnen rondscharrelen. In beide stallen had de pluimveehouder te kampen met een forse populatie zwarte ratten. Op zich is dat niet bijzonder. Vrijwel alle pluimveehouders hebben min of meer overlast van ratten. Het mag echter niet uit de hand lopen, want als de rattenpopulaties te groot worden neemt de kans op besmetting met ziektes toe.
Wat dat betreft is de pluimveesector een getraumatiseerde bedrijfstak die behoorlijk heeft geleden en nog steeds lijdt onder de vogelgriep. Er zijn talloze bedrijven geïnfecteerd en daarbij moesten honderdduizenden kippen worden geruimd. Het niveau van preventieve maatregelen om besmetting te voorkomen is daarom zeer hoog. Ook ratten kunnen besmettingen veroorzaken en daarom is er veel inzet op het beheersen van rattenpopulaties.
Helemaal omkleden! Alleen je onderbroek mag je aanhouden
Voordat wij de stal kunnen betreden moeten we ons omkleden. Alle kleding (m.u.v. onderbroek) moest uit en we kregen een schone set kleren (joggingbroek, T-shirt, sokken en petje). Daarmee gingen we de eerste sluis in en daar konden we instappen in een paar klompen. In de tweede sluis kreeg je een overall. Vervolgens stap je dan over in een paar laarzen die in een derde sluis staan. De klompen blijven achter in de tweede sluis. En dan sta je in een stal met 20.000 scharrelkippen die allemaal zitten te slapen. Het is daar warm, stoffig en pikdonker. De kippen fungeren als kacheltjes.
De kippen zitten hoog en de rattenjager heeft een vrij schootsveld
De kippen zitten allemaal hoog en het ziet er ruim uit. De roosters waarop kippen eten, drinken en hun eieren leggen zijn vrijwel leeg. Deze boer werkt eraan om de kippen ‘s-nachts op de stokken te krijgen. Hij doet dat met de verlichting, waarbij hij van onderaf de lichten uitschakelt. Deze aanpak zorgt ervoor dat eventuele dode kippen snel worden gevonden en kunnen worden opgeruimd. Het is ook heel handig voor de rattenjager. Immers de ratten gaan voor het voer dat op de legroosters wordt aangeboden. Hij hoeft dan geen rekening te houden met kippen die mogelijk in het schootveld kunnen zitten. Deze aanpak is overigens een uitzondering. De meeste kippenboeren gaan niet zo zorgvuldig met hun kippen om en laten ze ook op de roosters zitten. Je hebt dan als rattenjager een minder gunstige uitgangspositie.
Onder de legroosters lopen mestbanden, waar de kippenpoep op terecht komt. Deze banden voeren de mest af naar een put. Ratten zitten ook veel op deze mestbanden en in de mestput.
Kwetsbare installaties waar je zeer gericht moet schieten
Omdat ik voor het eerst in deze omgeving moet rattenjagen, krijg ik uitleg van de kippenboer. Hij wijst mij op de watersystemen waar kippen (en ook ratten) van kunnen drinken. Dit zijn een soort ventielen, die water afgeven als kippen deze aanraken. De hele installatie zit vol met dit soort nippels met talloze toevoerleidingen. Het voer wordt gedistribueerd in een soort goot met daarin een transportsysteem. Allemaal kwetsbare installaties, waarmee je bij het schieten rekening moet houden.
Zwarte ratten
Peter Peeters komt in zijn werkgebied in dergelijke stallen meestal zwarte ratten tegen. Deze zijn lastig te bestrijden, omdat ze klein en bewegelijk zijn. Ze klimmen overal bij op en ze zitten vaak op hoge plekken tussen de kippen. Als ze willen foerageren komen ze naar beneden op het legrooster en dan komen ze in beeld. Soms zie je ze drinken van de waterventielen en dat is een mooi moment om ze af te schieten. Maar als ze in de voergoot springen dan zijn ze moeilijk voor de loop te krijgen en moet je wachten tot ze daar weer uitkomen.
Je moet razendsnel mikken en toch heel voorzichtig schieten
De ratten kunnen overal opduiken en zijn ook snel weer weg. Als rattenjager moet je snel zijn. Als je een rat hebt gespot moet je deze meteen op de korrel te nemen en afschieten, anders is hij alweer weg. Het is heel dynamisch en je moet opletten dat je de rat goed raakt en geen schade veroorzaakt. Ik moet toegeven dat ik tijd nodig had om me in te stellen op deze dynamiek. Na wat zoeken naar een goede positie en het instellen van de schietstok kon ik aan de slag. Daarbij werd ik geholpen door de kippenboer die met een warmtebeeldkijker aan het spotten was. Hij zag de ratten aankomen en wees mij op de plek waar ze waarschijnlijk in beeld zouden komen. Ik kon dan vooraf de afstand meten (LRF) zat klaar om te schieten.
Oefening en opleiding in een nieuwe markt
Volgens Peter Peeters die veel ervaring heeft met pluimveebedrijven is dit een onontgonnen markt voor rattenjagers. Ook de kippenboer is ervan overtuigd dat de meeste collega-bedrijven dergelijke rattenproblemen hebben, waar de reguliere ongediertebestrijding geen antwoord op heeft. Hij was meer dan tevreden over de resultaten van Peter en denkt erover om zelf de cursus voor rattenjagen te gaan doen. Hij is ervan overtuigd dat je met afschot de rattenpopulaties beter kunt beheersen.
Omdat ik in mijn klantenkring geen pluimveehouders heb, ben ik bij Peter Peeters op excursie gegaan om de kneepjes van zijn aanpak te leren. We hebben er uitgebreid over gesproken en hij heeft mij een oefening laten doen in een stal met scharrelkippen. Volgens hem is dat gemakkelijker door de ruimte die je daar hebt. De volgende stap is dat je aan de slag gaat in een stal met koloniehuisvesting. Dat is veel nauwer en ben je echt tussen de kippen aan het schieten. Het is dan nog belangrijker dat je ook echt raakschiet en het kogeltje in de rat blijft hangen. Volgens Peter is dit nog een stuk lastiger, maar nog altijd effectiever dan elke andere methode.
Door de enorme omvang van de stallen is Peter soms weken bezig om in alle hoeken van dergelijke bedrijven de ratten onder de duim te krijgen en te houden. Hij experimenteert daarom met een aanpak waarin met meerdere rattenjagers tegelijk een pluimveebedrijf wordt bediend. Hij heeft echter moeite om goede rattenjagers aan zich te binden. Ook vindt hij dat de opleiding voor rattenjagers meer aandacht zou moeten besteden aan de specifieke aanpak voor pluimveebedrijven. Dit is een handschoen die Henk Fennema en ik wel willen oppakken.
We kunnen ook onze community (Whatsapp groep voor pluimveebedrijven) inzetten om ervaringsdeskundigen bij elkaar te brengen. Ik zal dat gaan regelen. Ondertussen ga ik ook actief op zoek naar een pluimveebedrijf in mijn werkgebied om meer ervaring op te doen. Wordt dus vervolgd….