In mijn bericht van 19 januari heb ik verslag gedaan van een excursie met Peter Peeters bij een pluimveebedrijf in Noord-Brabant. Ik was onder de indruk van de manier waarop Peter omvangrijke populaties zwarte ratten aanpakt. In mijn verslag heb ik beschreven wat ik heb meegemaakt en ik heb aangekondigd dat ik me verder wil verdiepen in deze nog onontgonnen markt voor de rattenjager.
Zelf ervaring opdoen
Ik heb hier in Noord-Oost Friesland pluimvee bedrijven benaderd. Ik heb met verschillende pluimveehouders gesproken en kreeg te horen dat zij broedeieren produceren voor nieuwe generaties leghennen en slachtkippen. De hiervoor gebruikte stallen zijn modern en zeer goed afgesloten voor de buitenwereld. Met andere woorden ze hebben geen problemen met ratten. Bij een bedrijf met leghennen ben ik op bezoek geweest. Volgens zeggen heeft de pluimveehouder geen last van ratten binnen zijn stallen. Bij een observatie om de stallen waren wel een paar bruine ratten zichtbaar op en om de mestafvoer transportbanden en bij de mestopslag. Hier in het Noorden zijn er kennelijk weinig problemen met ratten in grootschalige kippenstallen. Hoe anders is dat in het zuiden van het land.
Daarom kijken we nu vooral naar de ervaringen van rattenjagers in Noord-Brabant. Peter Peeters had ik al gevonden. Op mijn oproep naar ervaringsdeskundigen in ons collectief meldde Joris van der Aalst zich. Zowel Joris als Peter houden zich vrijwel uitsluitend bezig met kippenbedrijven in Noord-Brabant. Peter doet het Oosten en Joris zit vooral aan de Westelijke kant van Noord-Brabant.
Henk Fennema en ik hebben Peter en Joris uitgenodigd voor een interview waarin wij willen nagaan hoe wij als rattenjagers de pluimveesector kunnen helpen bij de bestrijding van ratten.
Het interview
Zowel Peter als Joris werken primair voor grote kippenbedrijven. Peter heeft daarnaast melkveehouders, gemeentes en een diertuin. Beide helpen ook nog wel wat particulieren, vaak ook met kippenhokken. Een opvallende conclusie van beiden was dat zij in de grote kippenstallen uitsluitend zwarte ratten zien, terwijl op terreinen rondom de stallen vaker bruine ratten worden aangetroffen. Ook bij varkensstallen, melkveehouders en particulieren in hetzelfde gebied zien zij hoofdzakelijk bruine ratten.
Alleen zwarte ratten in kippenstallen
Kennelijk voelt een bruine rat (die meestal op de grond zit) zich niet thuis tussen grote aantallen kippen. Zwarte ratten zijn klimmers en in de kippenstallen bewegen deze zich gemakkelijk tussen de kippen en klimmen over installaties tot zelfs in de nok van de stallen. Ze maken nesten op de meest onwaarschijnlijke plekken.
Bij slachtkippen wordt mogelijk gewerkt met rattengif
De kippenbedrijven waar Peter en Joris voor werken hebben meestal leghennen. Er zijn wel verschillen. Je hebt scharrelkippen die relatief veel ruimte hebben en er is koloniehuisvesting waar kippen minder ruimte hebben. Naast de leghennen zijn er ook bedrijven met slachtkippen. Kenmerkend voor slachtkippen is dat de stal eens per 6 weken leeg komt, omdat dan alle kippen naar de slacht gaan. Op zo’n moment worden de stallen schoongemaakt en worden ook eventuele rattenpopulaties aangepakt. Peter vermoedt dat daarbij gewerkt wordt met rodenticides (Rattengif). Hij wordt zelden gevraagd om ratten af te schieten in dergelijke lege stallen.
Pluimveehouders bang voor imago
Bedrijven voor leghennen worden eens in de twee jaar opgeruimd. De leghennen gaan dan naar de slacht. Omdat deze bedrijven groot zijn worden de kippen in gedeelten afgevoerd naar de slachthuizen. De ratten migreren dan naar de plekken waar nog kippen zijn en kunnen dus niet worden aangepakt in de leeggekomen delen. In de volgende periode van twee jaar groeien rattenpopulaties uit tot behoorlijk problemen en neemt de schade toe. De belangrijkste schade is de knaagschade aan installaties en de verhoogde kans op besmetting met ziekte kiemen. Ook het imago van de bedrijven is een belangrijke motivatie om rattenproblemen aan te pakken. Kenmerkend is dat pluimveehouders rattenproblematiek ontkennen of onder de pet willen houden.
De rattenjager is de enige effectieve aanpak
Op de vraag of een luchtbuks in dergelijke kippenstallen effectief is wordt positief geantwoord. Eigenlijk is er geen alternatief. Je kunt geen klemmen of gif tussen kippen zetten. Bovendien is er zoveel voer dat de slimme zwarte ratten met geen mogelijkheid te verleiden zijn. Anderzijds zijn de ratten zo bewegelijk dat het afschieten ervan niet eenvoudig is. Ook omdat je rekening moet houden met de kippen en de installaties. Beide rattenjagers erkennen dat je rattenpopulaties kunt beheersen, maar niet uitroeien. Er zijn zoveel plekken waar ratten niet kunnen worden aangepakt dat er altijd een populatie overblijft die (als je ze met rust laat) weer gaat groeien. Er is wel verschil in de vormen van huisvesting. Scharelkippen gaan s’-nachts op de stokken en daar kan een rattenjager goede resultaten bereiken. Kippen in de koloniehuisvesting zitten zo dicht op elkaar dat de rattenjager alleen de ratten kan afschieten die zich aan de voorkant van de kooien wagen.
Je moet snel zijn met een compacte buks en weinig power
Op de vraag welke gereedschappen zij gebruiken kun je zien dat beide jagers nog flink aan het zoeken zijn. Peter schiet met een (zeer kostbare) warmtebeeldkijker, omdat hij heeft gemerkt dat goedkopere en IR-kijkers minder goed werken. Peter experimenteert ook met blauwe en rode lampen in combinatie met een laser-pointer om ratten op zeer korte afstand (van 3 tot 8 meter) tussen de mestbanden te kunnen afschieten. Jorris is van mening dat je beter met een IR-kijker kunt werken omdat je anders voortdurend op reflecties van ratten zit te schieten. Het warmtebeeld van ratten reflecteert in de stalen constructies van de kooien. Beide zijn het erover eens dat je niet teveel power moet gebruiken. Peter denkt er zelfs over om met 4.5 mm te gaan schieten. De zwarte ratten zijn kleiner en kwetsbaarder dan bruine ratten. Ze gebruiken allebei loden pellets, omdat ze bang zijn dat de harde loodvrije kogeltjes meer gaan ketsen in de stalen constructies.
Over de richtmiddelen zijn de jagers het eens. De dynamiek is zo hoog dat je geen tijd hebt om afstand te meten met de Laser Range Finder (LRF). Beide hebben zich aangeleerd om de LRF te gebruiken als zij zich op een positie installeren. Ze krijgen dan met de Ballistische Calculator (BC) inzicht in de afstanden tot de verschillende doelgebieden. Zij kunnen dan met ingeschatte correcties de rat veel sneller afschieten. Dit vergt overigens wel veel ervaring en gevoel voor afstand. Beide rattenjagers zijn nog volop aan het uitvinden wat de beste aanpak is voor de verschillende situaties bij pluimveebedrijven.
Opmerking: We hebben nog even gediscussieerd over het gebruik van super lichte en compacte wapens zoals de AGN Vixen. Peter veronderstelt dat je op korte afstanden zonder schietstok ratten kunt afschieten. Ik vind dit een interessante gedachte. Misschien moet je dan gaan werken met een vaste nachtkijker op je hoofd/helm in combinatie met een “red dot” richtkijker. Ik ga hier wat research naar doen.
Veiligheid en risico management is belangrijk
De pluimveesector is beducht voor de vogelgriep. Alle bedrijven waar zij komen hebben uitgebreide maatregelen om infecties buiten de deur te houden. Soms gaat het zover dat je eerst moet douchen voordat je de bedrijfskleding kan aantrekken. Eenmaal binnen zijn er veel dingen waar je op moet letten. De jager moet de stal goed verkennen en bekijken hoe ratten kunnen worden afgeschoten zonder kwetsbare installaties te beschadigen. Ondanks dat, gebeurt het dat waterleidingen en kippen worden geraakt. Omdat ‘s-nacht de waterdruk is afgesloten komt het probleem de volgende dag in beeld en kan meestal snel worden verholpen door het personeel in de stal. De pluimveehouders nemen de schade en eventuele dode kippen voor lief als zij zien dat er veel ratten worden afgeschoten.
Er is ook nogal wat kans op schade aan het geweer. In het donker manoeuvreren in een nauwe ruimte leidt tot valpartijen en veel stoten. Ook het stof is niet erg bevorderlijk voor het gereedschap. De jagers werken standaard met mondkapjes. Dit is vaak een heel gedoe omdat door de ontsnappende lucht de lens van de richtkijker beslaat. Sowieso moet je het geweer vooraf opwarmen, omdat anders in de vochtige warme stal lenzen onmiddellijk beslaan. Bij het bewegen in de stal werken ze met rode hoofdlampen. Kippen reageren daar nauwelijks op en ook ratten raken daardoor minder verstoord. Bij het schieten gaat al het licht uit.
Peter en Joris krijgen hun klanten via mond op mond reclame
Kennelijk hebben de pluimveehouders onderling contact en worden de rattenjagers vanzelf benadert door nieuwe klanten. Kennelijk is er behoefte voor het aanpakken van ratten bij pluimveehouders. Het is niet algemeen bekend dat rattenjagers daarin een rol zouden kunnen spelen.
Omdat er eigenlijk geen alternatieven zijn groeit het werk hen boven het hoofd. Peter heeft geprobeerd om collega’s te betrekken en om met meerdere jagers tegelijk aan de slag te gaan. Peter betwijfelt of er in ons collectief voldoende ervaren rattenjagers zijn die zich snel hierop kunnen inwerken. Ook de kosten spelen een rol. Peter en Joris werken allebei met een relatief laag uurloon. Het is de vraag of pluimveehouders veel meer willen betalen. Als je dan met meerdere jagers aan de slag gaat lopen de kosten snel op.
Het is moeilijk om kostendekkend te werken
Beide jagers vinden het uurloon dat zij (moeten) hanteren te laag. Als zij hoger gaan zitten vallen de pluimveehouders waarschijnlijk terug op pogingen om de zaak met rattengif onder controle te houden. Gezien het speciale kostbare gereedschap en de hoge afschrijving vinden zij dat een hoger uurloon meer reëel is.
Conclusies
De pluimvee sector is vooralsnog een onontgonnen gebied voor de rattenjager. Tegelijk zijn de rattenjagers die zich daarmee bezighouden ook nog flink aan het experimenteren om de beste aanpak te vinden voor de verschillende situaties die zij tegenkomen. Het lijkt erop dat het vooral zwarte ratten zijn, die problemen in de pluimveesector veroorzaken. Het idee dat zwarte ratten vanuit het zuiden steeds verder oprukken naar het noorden is zorgelijk, omdat zwarte ratten lastiger te bestrijden zijn. Dit is voor de reeds door de vogelgriep getroffen sector van pluimveehouders geen prettig vooruitzicht.
Wij zijn Peter en Joris dankbaar voor hun pionierswerk en de bereidheid om hun inzichten met ons te delen. Ondertussen moedig ik anderen aan om zich ook te oriënteren op de pluimvee sector. Ik hoop dat dan ook iedereen bereid is om zijn ervaringen te delen.
Joris en Peter,… Hartelijk bedankt voor jullie inkijk in deze sector.