De theorie van de ballistiek wordt uitgebreid besproken in het “Handboek voor de Rattenjager”. De theorie zegt dat je de mondingssnelheid en de hoogte van de richtkijker boven de loop moet meten. Deze getallen, samen met de ballistische eigenschappen van het kogeltje gebruikt de ballistische calculator om de kogelbaan te berekenen. In de cursus besteden we kort aandacht aan het “tweaken” van de ballistische data.
Nu is het zo dat in theorie altijd alles klopt, maar de praktijk kan weerbarstig zijn. Ik krijg veel vragen van collega rattenjagers die toch nog wel afwijkingen hebben. Hieronder de meest voorkomende.
- Case 1: “Ik heb mijn data goed ingevoerd en ik schiet zuiver op Zero-afstand en verder. Naar mate ik op kortere afstanden schiet treft het kogeltje steeds hoger (of lager)”.
- Case 2: “Ik heb mijn data goed ingevoerd en schiet zuiver tot Zero-afstand. Naar mate ik verder op grotere afstanden schiet treft het kogeltje steeds hoger (of lager)”.
Opmerking: Het mag duidelijk zijn dat je op Zero-afstand altijd zuiver moet kunnen schieten. Als je hier een probleem hebt dan moet je de ballistische calculator uitzetten en gaan onderzoeken wat er aan de hand is. Problemen met zuiverheid op zero-afstand kunnen voortkomen uit losse kijker, losse demper, slechte munitie of (heel verraderlijk) gebreken aan het lenzensysteem van je kijker.
In het volgende laat ik met behulp van Chairgun zien hoe je jouw luchtbuks loepzuiver krijgt van 6 tot 100 meter. Het mikpunt en trefpunt zijn onder alle omstandigheden gelijk.
In het onderstaande invulscherm van Chairgun zie je de Mondingsnelheid van 262 m/s, Kijker hoogte van 6 cm, Kogelgewicht van 0,76 gram, Ballistisch Coëfficiënt van 0,022 en een Zero-afstand van 20 m. Dit is de ballistische data voor mijn AGN Technology Vixen airgun met de Pard DS35/50/LRF richtkijker.
Opmerking: Hoewel je anders zou vermoeden heeft het gewicht van het kogeltje geen invloed op de kogelbaan. Het gewicht is meegenomen in de BC-Waarde. Het gewicht heeft wel invloed op de mondings- en impact-energie.
Als je bovenstaande problemen wilt oplossen en je weet zeker dat de gegevens die je hebt in gevoerd goed zijn dan moet je gaan “Tweaken”. Je gaat dan met de parameters spelen totdat je op alle afstanden perfect treft. Er zijn twee parameters waarmee kunt gaan spelen. Dat zijn de kijker hoogte en de Ballistische Coëfficiënt. Dat werkt als volgt:
Oplossing voor Case 1
Oorzaak van Case 1: Case 1 doet zich voor als de kijkerhoogte verkeerd gemeten is. Het probleem kan ook ontstaan als de LRF op korte afstand een afwijking heeft. De calculator rekent dan met de verkeerde afstand en dat kun je opvangen door de kijker-hoogte te tweaken.
Door de kijker hoogte te variëren kun het trefpunt verhogen of verlagen in het traject tot de zero afstand. In onderstaande afbeelding is de rode kromme de kogelbaan op basis van de hierboven ingevoerde gegevens. De groene kromme is de baan voor een kijker hoogte van 5 cm en de blauwe voor 7 cm.
Vuistregel 1: De hoogte van de inslag op korte afstand is tegengesteld evenredig met de kijker hoogte!
- Komt het kogeltje op 6 meter 1 cm te laag af, dan verhoog je de parameter voor de kijker hoogte met 1,5 cm.
- Komt het kogeltje op 6 meter 1 cm te hoog af, dan verlaag je de parameter voor de kijker hoogte met 1,5 cm.
Opmerking: Je ziet dat de kijker hoogte ook invloed heeft op de baan achter de zero-afstand. Dat is geen probleem, omdat de meeste rattenjagers zich beperken tot maximaal 25 meter om ratten verantwoord af te schieten. Als je hier toch hinder van hebt kun je besluiten om het wapen op een zero-afstand van 30 meter in te schieten.
Let op: De Pard DS35/50/LRF rekent correct vanaf 6 meter. Vervelend is dat de Pard wel tot 3 meter kan meten, maar dan niet correct rekent. De ATN X-Sight rekent correct vanaf 5 meter en geeft bij minder afstand een “out of range” waarschuwing.
Oplossing voor Case 2
Oorzaak van Case 2: Case 2 doet zich voor als de BC-waarde niet klopt. De calculator rekent dan met de verkeerde waarde. Schutters die op extreem grote afstanden schieten (100 m wedstrijd schieten) kunnen last hebben van zo’n afwijking die je kunt opvangen door de BC-waarde te tweaken.
Door de BC-waarde te verhogen of te verlagen kun je het trefpunt in het traject na de zero-afstand verhogen of verlagen. In onderstaande afbeelding is de rode kromme de kogelbaan op basis van de hierboven ingevoerde gegevens. De blauwe kromme is het traject voor een BC-waarde van 0,027 en de groene voor 0,017.
Vuistregel 2: De hoogte van de inslag op grote afstand is evenredig met de BC-waarde
- Komt het kogeltje voorbij de zero-afstand te laag af, dan verlaag je de BC-waarde van 0,022 naar bijvoorbeeld 0,017. (groene kromme)
- Komt het kogeltje voorbij de zero-afstand te hoog af, dan verhoog je de BC-waarde van 0,022 naar bijvoorbeeld 0,027. (blauwe kromme)
Opmerking: Je ziet dat de BC-waarde geen invloed heeft op de baan voor de zero-afstand. Je moet dus beginnen met het tweaken van de kijker-hoogte. Als je dan nog een afwijking hebt voorbij de zero-afstand dan ga je met de BC-waarde spelen.